Groen & duurzaamheid

Nederland alsnog voorloper bij afbouw steun fossiele energie

Nederland stopt in 2022 met exportsteun voor fossiele energieprojecten. Hiermee zijn 2000 banen gemoeid in de offshore industrie en de maritieme sector.

Redactie economie​
9 November 2021 12:39
beeld ANP, Remko de Waal
beeld ANP, Remko de Waal

Het demissionaire kabinet maakte maandag bekend dat het op de klimaattop in het Schotse Glasgow alsnog een handtekening zet onder een verklaring waarin 25 landen en instellingen beloven een einde te maken aan overheidssteun aan fossiele brandstofprojecten in andere landen. In eerste instantie was Nederland niet van plan te tekenen. Het demissionaire kabinet zei „het ambitieniveau” aan het nieuwe kabinet over te willen laten.

Diverse partijen in de Tweede Kamer en maatschappelijke organisaties reageerden opgetogen op de bekendmaking. Later op de dag bleek echter dat olie- en gasdienstverleners flink geraakt kunnen worden.

Baggeraars als Boskalis en Van Oord, platformbouwer SBM Offshore en maritiem concern Heerema Marine Contractors bijvoorbeeld kunnen straks geen kredietverzekering meer afsluiten via de Nederlandse staat voor projecten die gerelateerd zijn aan de winning, verwerking en transport van olie en gas. Bij projecten gerelateerd aan steenkool was dat al het geval.

Staatssecretaris Hans Vijlbrief van Financiën schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat exportkredietverzekeringen in de periode 2018-2020 hebben bijgedragen aan 5900 arbeidsjaren, oftewel gemiddeld bijna 2000 banen per jaar. Hij schrijft verder dat de internationale concurrentiepositie van Nederlandse bedrijven zal verslechteren nu Nederland alsnog zijn handtekening zet. Vanuit Europa hebben Duitsland, Frankrijk, Spanje en België de verklaring (nog) niet getekend.

Volgens de staatssecretaris schept de energietransitie „tegelijkertijd nieuwe kansen voor bedrijven.” Samen met belanghebbenden wil het kabinet gaan bekijken „wat haalbaar en nodig is voor een groene transitie”, schrijft hij. Behoud van banen en kennis staat daarbij centraal.

Omslag

In de verklaring die Nederland nu alsnog ondertekent, staat dat het eind volgend jaar afgelopen moet zijn met staatssteun voor nieuwe fossiele brandstofprojecten in andere landen. Dat vergt een hele omslag voor bijvoorbeeld de maritieme sector, die zeer actief is op dit terrein. Nederlandse bedrijven leggen bijvoorbeeld pijpleidingen voor olie en gas, installeren boorinstallaties en baggeren de bodem uit om winning en transport van fossiele brandstoffen mogelijk te maken.

De Nederlandse overheid helpt bedrijven hier onder meer bij met exportkredietverzekeringen: verzekeringen voor grote projecten die niet op de normale manier te verzekeren zijn. De verzekerde bedragen kunnen oplopen tot honderden miljoenen euro’s per project. Nederland helpt bijvoorbeeld maritiem dienstverlener Van Oord, die meewerkt aan een groot aardgasproject in Mozambique, door het bedrijf voor 900 miljoen euro te verzekeren. Dat gebeurt via de organisatie Atradius DSB, die door het ministerie van Financiën wordt aangestuurd.

Ruim een kwart van alle lopende verplichtingen die de staat op zich heeft genomen draagt het stempel ”fossiel”. Dat komt neer op bijna 5 miljard euro. Lopende projecten blijven buiten schot, maar ze maken wel de omvang van de overheidssteun duidelijk.

„Bedrijven kunnen op korte termijn orders verliezen aan concurrenten in andere landen die de verklaring vooralsnog niet hebben getekend en wel gebruik kunnen maken van de ekv”, schrijft Vijlbrief. „Deze bedrijven moeten hun strategie hierop aanpassen bijvoorbeeld door te reorganiseren, meer risico te nemen of andere contracten af te sluiten met hun afnemers.” Tegelijkertijd schept de overgang naar duurzame energie „nieuwe kansen voor bedrijven.”

Uitzonderingen

Tot nog toe hebben 26 landen en instellingen de verklaring ondertekend. Daaronder zijn de VS, het Verenigd Koninkrijk, Canada, Italië en Denemarken. Het kabinet hoopt dat veel landen nog zullen volgen, zodat een „eerlijk speelveld” ontstaat.

Vijlbrief gaat ook in op de „beperkte uitzonderingen” waar in de verklaring naar wordt verwezen. Zo gaat het in zijn volledigheid over steun aan „ongemitigeerde” projecten. Die woordkeuze laat ruimte voor projecten waarbij CO2 wordt afgevangen en opgeslagen, concludeert Vijlbrief. „Internationale overheidssteun voor fossiele projecten die hun emissies afvangen of compenseren zou dus mogelijk zijn.” Verder mogen overheden activiteiten blijven verzekeren die alleen indirect te maken hebben met de fossiele energiesector, zoals het uitbaggeren van een haven waarin ook fossiele brandstoffen worden getransporteerd.

Het kabinetsbesluit werd maandag toegejuicht door PvdA, CDA, D66, GroenLinks, de Partij voor de Dieren en Volt. Ook organisaties als de Jonge Klimaatbeweging, Both Ends, Milieudefensiem, Greenpeace en Oil Change International reageerden opgetogen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer