Protestantse en katholieke hindoes
Op het groene bord aan de muur staat het vignet van de oude Royal Ulster Constabulary (RUC), die vrijdag ophoudt te bestaan. Daaromheen staan 302 portretfoto’s van politieagenten die sinds het begin van de Noord-Ierse ”troubles” in 1969 bij hun werk om het leven zijn gekomen. Jonge mensen vaak, tussen de 25 en de 45. De hoop is dat de nieuwe Police Service of Northern Ireland (PSNI) minder slachtoffers maakt.
Stephen Crockard staat voor het bord en telt hoeveel van de omgekomen collega’s hij persoonlijk kende. „Nog meer dan ik dacht: achttien. Maar er is niets roemrijks aan, hoor, om te sterven voor de Ulster politie. Stephen Montgomery bijvoorbeeld ging naar een discotheek waar een grote ruzie was uitgebroken. De IRA zat op het dak van het gebouw en gooide een granaat naar beneden. Hij was 26. Het was gewoon moord. En zo ging het bij de meesten”, vertelt de perswoordvoerder van de Noord-Ierse politie.
De meesten werden vermoord door gewelddadige katholieke organisaties, zoals de IRA. „Maar naast de doden zijn er nog 13.000 gewonden. En door de buitengewone druk waaronder agenten in Noord-Ierland staan, hebben in de afgelopen dertig jaar 91 collega’s zelfmoord gepleegd. Iedereen in de dienst kent mensen op dat bord. De situatie waarin een Noord-Ierse politieman werkt, is daardoor anders dan in Engeland of Nederland.” Voordat Crockard vorig jaar perswoordvoerder werd bij de Noord-Ierse politie, was hij vanaf 1978 agent op straat.
De RUC was als politiedienst altijd omstreden. Enerzijds had hij de Ierse harp in zijn symbool. Dat moest vertrouwen wekken bij de katholieke nationalisten, die inlijving van Noord-Ierland bij de Republiek van Ierland voorstaan. Maar boven de harp stond een kroontje, dat de band met de Britse monarchie aangaf. Voor Ierse republikeinen was dat onaanvaardbaar.
De RUC bestond dan ook vrijwel altijd sinds haar oprichting in 1922 voor 90 procent uit protestanten die voorstanders zijn van de Britse unie. Crockard: „Katholieken zijn altijd al sterk republikeins geweest en kiezen natuurlijk niet zo gemakkelijk voor de koninklijke Ulster politie. Dat is verraad aan de eigen groep. Vooral als katholieke politieagent ben je een gemakkelijk doelwit voor republikeinse geweldplegers. Katholieken die wel bij de politie zitten, zijn over het algemeen dan ook mensen met een sterk karakter. Hoe hoger in de dienst, hoe meer katholieken je tegenkomt.”
Overigens weet Crockard uit eigen ervaring dat de statistieken van de politie ook niet alles zeggen. „Ik ben atheïst, maar stond jaren als protestant te boek. Ik had immers op een protestantse school gezeten.”
De dienst is al sinds het begin van de ”troubles” in hervorming. „De RUC is door de jaren met duizenden gegroeid, van 3300 mensen in 1969 tot 10.400 man vandaag. Het gewapende geweld tussen de twee bevolkingsgroepen is de belangrijkste oorzaak van die stijging. Eind jaren negentig -na het Goede-Vrijdagakkoord in 1998- schreef de toenmalige minister van Noord-Ierland, Chris Patten, een plan dat de definitieve omvorming van de RUC in Police Service in Northern Ireland (PSNI) inzette.
Het plan-Patten voorziet in een verkleining van de hele politiedienst tot een totaal van 7000, inclusief de administratieve onderdelen. Maar ik kan je nu al vertellen dat dit niet lukt. Patten rekende voor vredestijd. Het vredesproces is nog geen vredestijd.
Als je vandaag in een arbeiderswijk van Belfast komt, vragen de mensen je nog steeds of je protestant of katholiek bent. Als je antwoordt dat je hindoe bent, vragen zij je weer of je een katholieke of een protestantse hindoe bent. Het vredesproces heeft deze basale tweedeling nooit veranderd.”
Greencastle
Het Greencastle Police Station staat op de lijst om tegen de vlakte te gaan en plaats te maken voor een nieuwe behuizing. Wanden van plaatstaal ontnemen vanaf de straat het volledige zicht op het gebouw.
Bij de balie van het bureau hangt een grote poster met portretten uit video-opnames van rellen. ”Kent u deze mensen? Help om uw buurt VEILIG te houden”, schreeuwt de tekst. De meeste relschoppers zijn volwassen, maar sommige zijn ook nog maar tieners.
In de uitgeleefde kantine bereiden de agenten David Midgley en Kenny Campbell zich voor op een patrouille. Intussen volgen ze via een oude zwartwit-tv de uitslagen van de paardenraces.
De blauwe Vauxhall waarmee de politie patrouilleert, heeft een grote ster in de ruit. Van een steen die naar de auto werd gegooid. „Al het glas is kogelvrij hoor”, verzekert Campbell.
Midgley kruipt achter het stuur en rijdt de poort uit. Hij wijst erop hoe je kunt zien of je in een loyalistische, protestantse wijk bent of in een republikeinse, katholieke buurt. „De stoepranden en lantaarnpalen zijn hier rood-wit-blauw geschilderd. Dat is een symbool voor het protestantisme, door de banden met de Nederlandse koning-stadhouder Willem III.” Langs de weg wapperen ook enkele Britse vlaggen, sommige aan flarden geschoten.
Midgley rijdt verder en toont de vloeiende overgang naar een katholieke buurt. „Hier is alles groen-wit-goud, de kleuren van de Ierse republiek.”
Midgley en Campbell rijden even een straatje om. Een anonieme beller heeft gemeld dat mensen in zijn straat stenen gooiden. Er lopen echter alleen maar wat kinderen op straat. „Het is vaak binnen enkele tellen over, maar het kan ook op een groot gevecht uitlopen. Anoniem zijn mensen eerder geneigd dingen te melden”, zegt Midgley.
De agenten rijden een woonwijk binnen en wijzen op de 10 meter hoge scheiding tussen de huizen aan de rand van de protestantse buurt. „Zonder zo’n heining zouden mensen elkaar bekogelen met stenen of zelfs benzinebommen”, zegt Campbell. „Op die manier zijn al veel woonwijken vernield. Nu kunnen ze er nauwelijks overheen gooien en houd je veel geweld tegen.”
De Vauxhall snort de hoek om. Aan de overkant van het grasveld staat een stenen muur, volgeschilderd met kleurrijke taferelen. Een openstaande deur biedt toegang tot een andere wereld aan de andere kant van de muur. Campbell grijpt achter de zonneklep en haalt een sleutel tevoorschijn. „Hiermee openen en sluiten wij dagelijks die deur. ’s Avonds gaat-ie dicht. Op die manier houden we de mensen uit elkaar.”
Die deur is nodig, zegt Midgley. „De apotheek staat in de katholieke wijk. En ook de school is daar. Vroeger was het een protestantse buurt, maar nu niet meer. De katholieke wijken hebben de neiging zich uit te breiden. Het kindertal ligt daar hoger dan onder protestanten. De protestanten trekken ook weg, de stad uit. Zodoende komt het voor dat katholieke scholen in protestantse wijken liggen en andersom. Dat geeft dagelijks spanningen. Vanochtend rond halfnegen werden we er weer bij geroepen om de vrede te herstellen. Op heel jonge leeftijd raken kinderen al gewend aan de fricties tussen de gemeenschappen. Ik heb wel eens gezien dat kinderen van drie jaar stenen gooiden naar een Landrover van de politie. Dat is de wereld die zijn kennen.”
Verwijt
Een jochie blijft brutaal staan als de Vauxhall van de politie komt aanrijden. Midgley stuurt er keurig omheen. „De kinderen worden hier met wantrouwen tegen de politie opgevoed. Beide kanten beschuldigen je van vooroordelen.”
De ongelijke verhouding tussen katholieken en protestanten heeft de RUC altijd het verwijt opgeleverd dat ze de protestantse loyalisten bevoordeelde. Crockard verwerpt dat verwijt. „Onder protestantse paramilitairen denkt men dat wij helemaal op de hand van de republikeinen zijn. De IRA is verantwoordelijk voor de meeste terreur. Maar er zijn veel meer loyalisten gevangen genomen. Op de een of andere manier kregen we hen makkelijker te pakken. Onder katholieke burgers is de tevredenheid over het optreden van de politie in gewone kwesties ook heel hoog.”
Sinds het staakt-het-vuren in 1994 is het vertrouwen in de politie zelfs toegenomen, stelt Crockard tevreden vast. „Heel lang werd het inroepen van de politie als een soort verraad gezien. Maar dat verandert, tot grote ergernis van de republikeins-katholieke partij Sinn Fein. Die probeert zelfs het geven van verkeerslessen door de politie te voorkomen. Via ouders proberen wij druk uit te oefenen op onderwijzers, maar dat lukt nog niet goed. Ook Sinn Fein trekt aan hen. Als de politie iets nuttigs doet, zeggen de katholieken dat we de publiciteit zoeken voor onze propaganda.”
Een van de doelstellingen van een nieuwe wervingscampagne voor de politie is dan ook er katholieken bij te krijgen. „Wij hopen dat leden van Sinn Fein solliciteren. SF-leider Gerry Adams heeft eerder gezegd dat er geen katholieken zouden solliciteren, maar dat gebeurde wel.”
De grootste breuk met het verleden is echter dat het aantal katholieke rekruten even hoog moet zijn als het aantal protestantse. „Dat lijkt natuurlijk een eerlijk beleid, nietwaar. Maar in de praktijk is het moeilijk. Vorig jaar hadden we meer dan duizend aanmeldingen, onder wie slechts 154 katholieken. Terwijl er juist specifiek onder hen was geworven. Van de niet-katholieke belangstellenden konden we er maar 154 gebruiken. Uiteraard wekt dit kwade gevoelens bij de protestantse bevolking. Hun mensen worden niet afgewezen vanwege hun gebrek aan kwaliteiten. Sommigen zijn daarom rechtszaken begonnen, die nog niet zijn afgewikkeld. Maar dit beleid wordt ons door de politiek opgelegd.”
De hervorming van de politie is dan ook voornamelijk bedoeld om de sterke arm een geheel nieuw imago in de samenleving te geven. „Als vignet krijgen we nu een zespuntige ster die de zes graafschappen van Ulster voorstellen. Beide kanten hebben dit vignet aanvaard. De naam is veranderd in een heel neutrale. Het woord ”Ulster” kon niet door de beugel, omdat drie graafschappen van Ulster in de Ierse republiek liggen. De katholieken ervaren dit woord als een uiting van Britse overheersing over Ierland.”
Wapenstok
Boven in het politiebureau Greencastle bereidt sergeant B. Stewart zich voor op een avonddienst. Hij draagt niet het vreedzame groene uniform van zijn collega’s, maar een brandbestendige overall. „De meeste rellen doen zich ’s avonds voor. Daar moet je je uitrusting op afstemmen. ’s Avonds rijden we ook met Landrovers rond.”
Hij gaat gebukt onder het slechte imago van de Noord-Ierse politie. „Wij worden in de pers soms afgeschilderd als de bende van Mugabe. Terwijl het echt ons streven is zo onpartijdig mogelijk te zijn.
Ons optreden wordt vaak beperkt door een sterke nadruk op mensenrechten in Groot-Brittannië. Terwijl de omstandigheden waaronder wij werken, heel anders zijn dan die in Londen of Edinburgh. We kunnen echter heel weinig doen. In Amsterdam zag ik agenten op straat met wapenstokken tot bijna op de grond. Die van ons is nog niet de helft. Ik vind dat moeilijk.”
Stephen Crockard doet zijn armen over elkaar en beaamt Stewarts verhaal. „Als een politieman een fout maakt, krijgt-ie een klacht aan zij broek. Maar een paramilitair kan van alles uithalen. Binnen de katholieke en de protestantse gemeenschappen geven ze elkaar ten eerste al lijfstraffen. Ze schieten je door je gewrichten en vermoorden je ook als je niet gehoorzaam bent. Talloze mensen worden gedwongen de helft van de uitkering aan de paramilitaire organisatie te geven. Je bent geen gelijke partij.”
De politieauto maakt een rondje door een winkelgebied met veel groothandels. Het is op de grens van de protestantse en de katholieke wijken. „Er zat hier een Chinees restaurant. Maar door de spanningen tussen de gemeenschappen kon je je hier niet meer echt ontspannen”, licht Midgley toe.
De grenzen van de verschillende wijken in Belfast blijken grillig. Campbell: „Achter ons ligt een protestantse enclave. De buurt hier rechts is sterk Iers-nationalistisch. Als protestant durf je daar niet te wonen. Maar nu slaan we linksaf en hier wonen allerlei groepen in pais en vree met elkaar. Het is het verschil tussen huurwoningen voor de arbeidersklasse en koopwoningen voor de middenklasse. Onder de middenklasse zijn er vrijwel nooit problemen.”
De Vauxhall rijdt het woongebied uit en nadert een parkachtig deel van de stad. „Links hebben we de dierentuin”, legt Midgley uit. „Straks komt er een grote golfbaan, met uitzicht over de baai bij Belfast. Moet je nagaan: de mensen spelen hier en wandelen door de dierentuin, terwijl er soms nog geen mijl verder een volledige veldslag woedt.”