Heibel blijft uit bij demonstraties Harskamp
De toespraken zijn stevig. Maar de opkomst valt tegen en de bijval is nihil. Demonstraties van de extreemrechtse NVU en tegenpool AFA in Harskamp verliepen zaterdagmiddag zonder ongeregeldheden. „Ga in Den Haag protesteren. Niet hier.”
Asielpandemie, demografische vloedgolf, massa-importatie: de kreten die de diverse woordvoerders van de Nederlandse Volks-Unie (NVU) zaterdagmiddag slaken, laten aan duidelijkheid niets te wensen over. „Wij tolereren het niet dat overal gelukzoekers worden opgevangen”, schettert NVU-voorman Constant Kusters door de megafoon. „Opvang in eigen regio, daar staan wij voor.” Het handjevol publiek is sceptisch. Behalve een enkele demonstrant klapt niemand. „Sensatiezoekers”, roept een voorbijrazende fietser.
„Wat een onzin is dit”, verzucht de 32-jarige Mariska, terwijl ze de vijftien demonstranten op het grasveld tegenover de Plus-supermarkt meewarig bekijkt. „Gelukzoekers, zeggen ze dan. Ik durf te stellen dat de betogers nog nooit een voet in de opvang in ons dorp hebben gezet. Dan zouden ze wel anders piepen.” Onder de indruk van de speeches is de Harskampse moeder van twee kinderen bepaald niet. „Een hele hoop blabla zonder enige inhoud. Dit is angstzaaierij. Tot nu toe hebben we geen enkele last gehad van de Afghanen die in het opvangcentrum in ons dorp zitten.”
Welkom
Zo’n vierhonderd meter verderop, schuin tegenover de in augustus geopende opvanglocatie voor Afghaanse evacués, staan acht demonstranten van de Anti-Fascistische Actie (AFA). Vorige week maakte het ministerie van Justitie bekend dat de opvang niet tot uiterlijk eind oktober, maar tot 1 december open blijft. ”Iedereen kan een vluchteling zijn. Stop uitsluiting en racisme”, knalt in zwarte letters van een van de spandoeken af. „Wij willen een tegengeluid laten horen tegen de neonazi’s van de NVU”, zegt Reimer van Ruiten, woordvoerder van de linkse club. „Vluchtelingen zijn welkom in Nederland. Er is plaats genoeg.”
Triest
Over de Otterloseweg rijden politiewagens af en aan. In actie komen hoeven de agenten echter niet. Voor beide demonstraties is minimale interesse. De AFA moet het stellen met een handjevol luisteraars. Bij de NVU is het iets drukker, maar ook daar loopt het publiek niet bepaald te hoop. Tot een treffen tussen de beide clubs –waarvoor werd gevreesd– komt het niet. En rellen, zoals eerder dit jaar, zijn dit keer evenmin aan de orde.
Gelukkig maar, vindt de 32-jarige Annemiek, inwoonster van Harskamp. „Op bonje zit ik niet te wachten.” De demonstraties vindt ze overdreven, zegt ze, terwijl ze wijst naar een NVU-spandoek met daarop de tekst ”Mohammed not welcome”. „Zo’n tekst op je spandoek kalken vind ik echt sneu. De Afghanen vluchten niet voor niets. Natuurlijk: achthonderd vluchtelingen in een dorp met ruim drieduizend inwoners is veel, dat vind ik ook. Maar ze moeten ergens terecht. Als dat dan hier is, prima.”
„Ga in Den Haag protesteren, maar niet hier in Harskamp”, zegt de 28-jarige Bas, die regelmatig een balletje trapt met de Afghaanse evacués. „Wat deze NVU-demonstranten roepen over gelukzoekers gaat mij veel en veel te ver. Ik snap best dat sommige mensen vragen hebben bij zoveel asielzoekers in een relatief klein dorp. Maar dit zijn geen gelukzoekers, maar mensen die een dak boven hun hoofd nodig hebben. Zo’n demonstratie als dit vind ik eerlijk gezegd vrij triest.”
Teleurgesteld
Iets voor half drie breken de demonstranten op. NVU-betoger Ben van de Kooi (44) uit Rotterdam is „wel wat” teleurgesteld over het verloop van de betoging, geeft hij toe, terwijl hij zijn spullen in zijn Volkswagen Caddy laadt. „Ik had gedacht dat het groter zou uitpakken. Wij wilden met ons kritische geluid over immigratie de Harskampers een hart onder de riem steken. Jammer dat er weinig respons kwam.”
Burgemeester René Verhulst van de gemeente Ede, waaronder Harskamp valt, denkt er anders over. Hij is tevreden met het verloop van de betogingen. „Demonstreren mag. Dus ook door deze groeperingen. Maar het valt mij op dat de Harskampse bevolking geen enkele interesse heeft om mee te doen. Men zit hier bepaald niet te wachten op dit geluid.”