Uit het Klimaatsignaal blijkt dat de zeespiegel voor de Nederlandse kust rond 2100 tot 1,2 meter kan stijgen als de uitstoot van broeikasgassen niet afneemt. „We moeten waterkeringen versterken, de kustlijn onderhouden en zoetwatervoorraden in oppervlakte- en grondwater vasthouden. De aanpak die we tot nu toe hanteerden volstaat niet meer. We moeten bijvoorbeeld bij de ruimtelijke inrichting goed kijken waar we bouwen en wat dat voor de waterstrategie betekent”, aldus Glas.

De Deltacommissaris is als regeringscommissaris verantwoordelijk voor de uitvoering van het nationaal Deltaprogramma. Dat programma moet ervoor zorgen dat Nederland goed beschermd is tegen overstromingen maar ook dat het land voldoende water heeft in tijden van extreme droogte. Het eerste Deltaprogramma verscheen in 2011 en is nadien steeds aangepast aan de nieuwste inzichten. Zo was er in 2014 nog sprake van extreme weersomstandigheden die zich rond 2050 zouden kunnen voordoen. Zulke omstandigheden hebben zich inmiddels al voorgedaan.

Nederland heeft nu al te maken met extreme weersomstandigheden. In 2018 en 2019 was het bijvoorbeeld lange tijd droog en warm en werd duidelijk dat de beschikbaarheid van grondwater en oppervlaktewater kwetsbaar was. Vanwege de aanhoudende droogte kwam in 2018 een speciale commissie bijeen die maatregelen bekeek om het schaarser wordende zoete water te verdelen. Ook werd erover nagedacht om een deel van Noord-Holland van zoet water te voorzien via een schip, omdat het kraanwater niet meer uit IJsselmeerwater kon worden gemaakt. Door de droogte werd dat water te zout en raakte het drinkwaterleidingbedrijf door de voorraad zoet water heen.

De huidige doelen in het Deltaprogramma zijn gesteld tot 2050. Tot die tijd moet volgens het Deltaprogramma 2022 elk jaar gemiddeld 50 kilometer dijk worden versterkt. Glas: „Het Deltaprogramma loopt tot 2050, maar misschien moeten we wel eerder klaar zijn. Er zijn ingrijpende keuzes voor het waterbeheer en de ruimtelijke ordening nodig.”