Recensie: Christiaan Ingelse speelt ”Die Kunst der Fuge”
De laatste fuga van Bachs onvoltooide meesterwerk ”Die Kunst der Fuge” breekt af op het punt waar vier thema’s tot een ultieme slotapotheose moeten samenkomen.
Nu is het de vraag of dit toeval is. Om vier thema’s te kunnen combineren, moet je eigenlijk eerst het slot schrijven en daarna terugwerken naar het begin. Het lijkt op het schrijven van een misdaadroman: je begint vaak met een sterk plot. Zou Bach misschien bewust hebben afgezien van het publiceren van de grote ontknoping? Feit is dat veel organisten en componisten geprobeerd hebben om dit absolute meesterwerk van Bach te voltooien.
Christiaan Ingelse schaarde zich in dit illustere gezelschap en nam de complete ”Kunst der Fuge” op, met daarbij zowel de onvoltooide als de door hem voltooide slotfuga. Aan alles merk je dat Ingelse, oud-organist van de Goudse Sint-Jan, een leven lang Bach achter zich heeft: buitengewoon fijnzinnig, muzikaal en doordacht ontrolt zich het complexe verhaal van contrapunt op het allerhoogste niveau. Inmiddels ken ik een aantal versies van de voltooide slotfuga, maar nog nooit was die zo vanzelfsprekend en trefzeker als hier.
Het Reilorgel van Rosenheim (Dld.) staat in een kerk met een bijzonder lange nagalm. De opnametechnicus koos er daarom voor om twee microfoons heel dicht op het orgel te zetten. Daardoor zijn zelfs de aanspraak van de pijpen en de mechaniek soms nogal prominent te horen, terwijl er toch een alomtegenwoordige galm is van de microfoons verderop in de kerk. Anneke Ingelse tekende voor het ontwerp van de cd, dat Bachs bijna abstracte contrapunt visualiseert.
Die Kunst der Fuge – Christiaan Ingelse plays the Reil organ of Rosenheim; Diamond Line (145620); 2-cd; € 24,95; bestellen: www.diamondline.nl