Partijen geschokt over uithuiszettingen toeslagenkinderen
Partijen zijn geschokt en verontwaardigd dat de afgelopen vijf jaar meer dan 1100 kinderen van toeslagenouders uit huis zijn geplaatst. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) kwam tot dit aantal na onderzoek in opdracht van het ministerie van Justitie en Veiligheid.
SP-leider Lilian Marijnissen noemt het „een gruwelijke schande”. Haar partijgenoot Peter Kwint vermoedt dat het er meer zijn, omdat dit onderzoek zich alleen op de afgelopen vijf jaar heeft gericht. Hij wil een groter onderzoek en compensatie.
Volgens onafhankelijk Kamerlid Pieter Omtzigt, die zich veel met de toeslagenaffaire heeft beziggehouden, maakt dit onderzoek duidelijk dat „de regering totaal het overzicht kwijt is van de gevolgen van het eigen beleid”. Ook is hij verontwaardigd dat deze informatie pas „na veel trekken” boven water is gekomen en bovendien niet is gedeeld via een Kamerbrief maar door het CBS is bekendgemaakt.
DENK-leider Farid Azarkan zegt dat „het vermoeden” nu ook waarheid is geworden. „Het onrecht en het aangedane leed is niet meer te bevatten.” Hij vindt het „onverteerbaar” en „een schop na” dat partijleiders Mark Rutte (VVD), Sigrid Kaag (D66), Wopke Hoekstra (CDA) en Gert-Jan Segers nu praten over het voortzetten van de coalitie. Azarkan noemt hen de eindverantwoordelijken van de toeslagenaffaire.
In een gezamenlijke reactie van Omtzigt, het CDA, de SP, de ChristenUnie en DENK wordt het kabinet opgeroepen toelichting te geven en met een plan te komen. Ook willen de ondertekenaars dat het kabinet een telefoonnummer klaar heeft voor vragen en „een brief schrijft aan de ouders, de kinderen en de Kamer”. De ondertekenaars vinden dat „wel het minste” wat het kabinet aan de ouders en kinderen verschuldigd is.