Met hun rechtszaak wilden zij de immuniteit van de Heilige Stoel opheffen en Rome verantwoordelijk stellen voor seksueel misbruik door geestelijken. De rechters onderstreepten echter de soevereiniteit van de Heilige Stoel.

Volgens de slachtoffers is de kerkleiding ontoereikend omgesprongen met het misbruik. Nadat hun klacht in België in 2016 ook in beroep was verworpen, trokken de verzoekers naar het EHRM in Straatsburg.

Volgens hen schendt de immuniteit van de Heilige Stoel immers hun recht op toegang tot een rechtbank, zoals is vastgelegd in het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens, in de zin dat ze hun grieven tegen de Heilige Stoel niet hebben kunnen doen gelden in een burgerlijke zaak.

Met een uitspraak van 6 tegen 1 oordeelden de rechters van het EHRM dat de Heilige Stoel een soevereine staat is en dat er bovendien niets onredelijks of willekeurig gebeurde toen Belgische rechtbanken dat standpunt innamen. Het hof stelt ook dat fouten, die de Belgische bisschoppen mogelijkerwijze hebben gemaakt, niet aan de Heilige Stoel kunnen worden toegeschreven en dat de fouten waarvan de Heilige Stoel rechtstreeks werd beschuldigd, niet werden gepleegd op Belgisch grondgebied.