Volgens nader onderzoek gaat het aanpassen van de Rijnbrug zo’n 65 miljoen euro meer kosten. Gedeputeerde Staten van Gelderland vragen zich nu af of de verbreding wel door moet gaan, temeer omdat ze geen structurele oplossing biedt. „Na 2030 ontstaan er weer opstoppingen ten noorden van de brug.”

Nieuw brugdek

Het verkeer op de N233 (Vee­nendaal-Kesteren) via de Rijnbrug loopt in de spitsuren vaak vast. In 2018 is besloten een nieuw brugdek met tweemaal twee rijbanen aan te leggen op de bestaande brugpijlers. Gelderland en Utrecht stelden daarvoor 80 miljoen euro beschikbaar. De brug ligt op de provinciegrens.

Begin dit jaar werd geconstateerd dat het project vertraging kan oplopen doordat extra uitstoot van stikstof mogelijk effect heeft op natuurgebieden. Ook Chroom-6 in de verf op de brug kan een spaak in het wiel steken.

Uit onderzoek naar de sterkte van de brugpijlers is nu gebleken dat drie pijlers waarschijnlijk versterkt moeten worden. Dat maakt de verbreding duurder, net als de stijgende prijzen van materiaal, aldus Gelderland. Afgesproken was dat de twee provincies elk de helft van de bijkomende lasten betalen.

Geen rijksbijdrage

Gelderland zegt geen geld te hebben om het budget aan te vullen. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat liet meermalen weten dat er op een rijksbijdrage niet gerekend hoeft te worden. „De komende weken verkennen we alle opties in de volle breedte, samen met Utrecht en de regio”, aldus GS. Een (eerder afgewezen) optie is doortrekking van rijksweg A30 (Barneveld-Ede) naar de A15 bij Opheusden, door beschermd natuurgebied Binnenveld.

Gedeputeerde Arne Schaddelee van Utrecht is „zeer verbaasd.” „Het onderzoek loopt nog, Gelderland lijkt nu al conclusies te willen trekken. Die gaan een richting uit die we in Utrecht niet herkennen. De toename van het krediet betreft vooral indexatie en verlaging van de overschrijvingskans, normaal bij dit soort projecten. Utrecht heeft nog steeds alle vertrouwen in nut, noodzaak en realiseerbaarheid.”