De vraag: Presenteerangst
Ik heb presenteerangst en durf niet voor groepen te spreken. Corona was voor mij een uitkomst, omdat ik dan via Teams een presentatie kon houden. Ik zie er enorm tegenop om weer voor groepen te moeten staan. Hoe kom ik van die angst af?
Ik ga je een aai over je bol geven: spreek- en presenteerangst is de meest voorkomende angst ter wereld. Dus je bent niet afwijkend. Ik ga je daarnaast een dreun verkopen: het is ook de meest onzinnige angst die er is. Angst voor vuur, voor oud worden, voor terrorisme, voor een virus of juist voor een vaccin zijn allemaal te begrijpen en kunnen zelfs verstandig zijn.
Spreekangst slaat echter eigenlijk nergens op: anderen zijn blij dat jij het woord voert – want zij durven het soms zelf ook niet! Niemand wil je veroordelen en toch denken mensen met spreekangst dat wel. Talloze mensen liggen ’s morgens met zweethanden in bed –na een nacht slecht slapen– als ze een keer bijvoorbeeld hun collega’s mogen toespreken. Is er iets aan te doen? Jazeker! (Toch een geruststelling!) Op drie niveaus kun je spreekangst minder laten worden.
1. Op cognitief niveau
Mensen denken zich angstig. Dus als je anders probeert te denken, wordt angst minder. Vervang bijvoorbeeld de gedachte: ”Ik kan het niet” door: ”Ik ga het proberen!” Of: ”Ze lachen me uit!” door: ”Niemand is eropuit om mij te laten afgaan”. Of: ”Straks weet ik niet meer waar ik ben gebleven in mijn verhaal” door: ”Ik houd mijn papier erbij en als ik de draad kwijtraak, kijk ik daar even op”.
2. Op emotioneel niveau
Trek aan het draadje van je angst. Waarom ben je zo bang om te spreken? Omdat je het graag goed doet. Waarom wil je het zo graag goed doen? Omdat je niet afgewezen wilt worden. Waarom wil je niet afgewezen worden? Omdat je bevestiging van anderen nodig hebt voor je zelfvertrouwen. Waarom heb je… Ga zo maar door. Bij elke stap kun je stilstaan. Een therapeut kan je er zelfs bij helpen om dat dieper te gaan voelen en begrijpen. En vervolgens leer je om met de onderliggende angst onder de spreekangst om te gaan.
3. Op gedragsniveau
Je gaat dingen doen. Eerst spreek je voor kinderen –de plezierigste doelgroep voor angstige mensen, omdat ze niet oordelen– en dan op de bejaardenmiddag en pas als je die ervaringen hebt, spreek je voor leeftijdgenoten op je werk. Of: je houdt eerst alleen korte toespraakjes en dan steeds wat langere (tot je durft te preken…!). Of: je springt rillend van angst in het diepe en gaat de personeelscommissie in zodat je bij elke personeelsbijeenkomst mag spreken. Geloof me: elke keer dat je het doet, word je iets minder zenuwachtig. En als dat allemaal niet helpt? Stop dan met jezelf te pijnigen en laat anderen het woord voeren. Maar doe dat niet te snel.
Nico van der Voet, docent Christelijke Hogeschool Ede