IEA: fossiele industrie moet meer doen tegen methaanuitstoot
De fossiele energiesector kan gemakkelijk meer doen om de eigen uitstoot van methaan te beperken. Grote hoeveelheden van het broeikasgas komen via lekkages bij olie-, gas- ,en mijnbouwbedrijven de atmosfeer in, schrijft het Internationaal Energie Agentschap (IEA) in een nieuw rapport. Oplossingen als reparaties van lekkages zijn volgens de organisatie relatief goedkoop, maar toch kwam er vorig jaar nog 120 miljoen ton methaan vrij bij het oppompen en vervoeren van fossiele brandstoffen.
Met die uitstoot was de fossiele industrie goed voor bijna een derde van alle methaan die door menselijk handelen vrijkwam. Methaan is de belangrijkste component van aardgas, dus als ergens een gasleiding lekt komt er al veel van het broeikasgas vrij. Dat is slecht nieuws voor de strijd tegen klimaatverandering, want methaan is een heel krachtig broeikasgas. In een periode van twintig jaar werkt het gas de opwarming van de aarde tachtig keer zo snel in de hand als koolstofdioxide (CO2).
Volgens het IEA was in 2020 zo’n 70 procent van alle methaanuitstoot gemakkelijk en goedkoop te verhelpen. In bijna de helft (45 procent) van de gevallen zou zo’n oplossing zichzelf ook hebben terugverdiend, want met het tegengaan van lekkages verspillen olie- en gasbedrijven minder kostbare brandstof. Dat percentage ligt met de explosief gestegen gasprijzen op dit moment waarschijnlijk nog hoger.
Volgens het agentschap is er snel actie nodig binnen de olie- en gasindustrie en de mijnbouw. Om netto nul broeikasgassen uit te stoten in 2050 moeten energiebedrijven over negen jaar namelijk al 75 procent minder methaan uitstoten, zo schat het IEA in. Dat gaat niet lukken door alleen te hopen op een vermindering van het verbruik van fossiele brandstoffen, dus moeten de bedrijven volop inzetten op reparaties en technologie om lekkages tegen te gaan.