Rechter bepaalt of de overheid anticonceptie moet vergoeden
De rechtbank in Den Haag bepaalt woensdag of de overheid anticonceptiemiddelen voortaan moet vergoeden. Twee organisaties, Bureau Clara Wichmann en DeGoedeZaak, hebben dat mede namens 7000 burgers geëist. Ze betoogden tijdens de behandeling van de zaak in juli dat het „principieel onjuist” en zelfs discriminerend is om vrouwen voor de kosten te laten opdraaien.
Anticonceptie is niet alleen van belang voor vrouwen, maar net zo goed voor mannen „en voor de samenleving als geheel”, aldus de eisers in de zaak. Ter onderbouwing wezen ze onder meer op internationale verdragen en artikel 1 van de Grondwet. Daarin staat dat de overheid mensen gelijk moet behandelen en geen onderscheid mag maken op basis van bijvoorbeeld geslacht.
Volgens de Staat is de toegang tot anticonceptiemiddelen, zoals de pil of spiraal, goed geregeld in Nederland. Het wel of niet vergoeden ervan en de manier waarop dat gebeurt is volgens de landsadvocaat geen zaak voor de rechter, maar „bij uitstek een politieke kwestie”.
Anticonceptie zat jarenlang in het basispakket van zorgverzekeringen, maar werd daar in 2011 uit gehaald omdat er geen medische noodzaak voor zou bestaan. Meisjes onder de 18 jaar die de pil gebruiken, krijgen die momenteel wel vergoed uit de basisverzekering. Een meerderheid van de Tweede Kamer zou anticonceptie overigens ook graag weer in het basispakket terug willen. Dan nog vinden de eisers een uitspraak van de rechter belangrijk. Ze willen dat de vergoeding voor anticonceptie geen „politieke speelbal” meer is.