Turkije krijgt laatste waarschuwing over gedetineerde zakenman
Turkije moet zakenman en filantroop Osman Kavala snel vrijlaten, anders kan het land een strafprocedure van de Raad van Europa tegemoetzien. Het stemrecht en lidmaatschap van Turkije zouden uiteindelijk kunnen worden geschorst in de landenorganisatie die toeziet op democratie en mensenrechten.
Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft de regering van president Erdogan, waar de activistische Kavala (63) kritisch over is, in december 2019 al opgedragen hem vrij te laten. Het hof in Straatsburg stelt dat hij vastzit om hem het zwijgen op te leggen.
Kavala, een gerespecteerd figuur in intellectuele kringen in Turkije en het buitenland, zit inmiddels vier jaar in de gevangenis. Vorig jaar werd hij na een levenslange eis vrijgesproken van het financieren van protesten in Istanbul in 2013, maar er volgde direct een aanklacht voor betrokkenheid bij de verijdelde coup in 2016.
Het comité van ministers van de Raad van Europa, dat toeziet op de uitvoering van uitspraken van het mensenrechtenhof, heeft aangekondigd een strafprocedure te beginnen als Kavala niet voor de volgende bijeenkomst op 30 november op vrije voeten is gesteld. De Turkse reactie komt volgens het comité tot nu toe neer op een weigering van de lidstaat. Het riep ook op tot de vrijlating van de Koerdische politicus Selahattin Demirtas, die sinds 2016 vastzit.
Turkije is sinds 1950 lid van de Raad van Europa, niet te verwarren met de Europese Unie. De raad moet mensenrechten bevorderen via verdragen en het mensenrechtenhof. Ook Nederland is lid van de organisatie van 47 landen. De procedure die nu dreigt te worden ingezet is slechts een keer gebruikt, in 2017 tegen Azerbeidzjan dat een activist van de oppositie gevangenhield. Hij werd in 2018 vrijgelaten.