Steeds minder mensen beginnen een snackbar of nemen er een over. „Ongeveer duizend eigenaren hebben hun snackbar te koop staan maar kunnen moeilijk een koper vinden”, lichtte Van der Weerd woensdag toe. Vooral familiebedrijfjes vinden geen opvolger. „Vaak is het pand voor een opvolger te duur om nog een snackbar te kunnen runnen. Veel van die panden komen vervolgens op de markt.” Voor de eigenaren, veelal tussen de 55 en de 60 jaar, rest schuldsanering.

Hoewel hij het voor die mensen triest vindt, noemt Van der Weerd de daling van het aantal cafetaria’s een goede ontwikkeling voor de sector. „De overgebleven bedrijven halen meer omzet. Je hebt tegenwoordig een jaaromzet van minimaal 250.000 euro nodig om goed te kunnen renderen. Een paar jaar geleden was dat omgerekend nog 150.000 euro.”

De cafetaria’s hebben stevige concurrentie gekregen van supermarkten en benzinestations, die zich ook hebben gestort op de voedingsmarkt buitenshuis. „Dat blijft een groeimarkt, vooral daar waar veel publiek komt.” Kleine cafetaria’s in vooral de kleinere dorpen hebben volgens Van der Weerd daarom geen bestaansrecht meer, zij halen te weinig omzet. Wel ziet hij veel ruimte voor speciaalzaken, zoals broodjeszaken.