Concurrentiewaakhond VS gaat Facebook weer aanklagen
De Amerikaanse concurrentietoezichthouder Federal Trade Commission (FTC) gaat een nieuwe poging doen om vermeend machtsmisbruik door technologieconcern Facebook aan te pakken. Daarvoor heeft de waakhond een aangepaste aanklacht ingediend bij een federale rechtbank. In juni werd een eerdere aanklacht over hetzelfde thema nog verworpen.
Facebook werd eind vorig jaar door de FTC en de openbaar aanklagers van 46 Amerikaanse staten gedaagd. Behalve het jarenlang opkopen van potentiële concurrenten deed het bedrijf van topman Mark Zuckerberg dat ook door softwareontwikkelaars voorwaarden op te leggen die het moeilijker maakten om met Facebook zelf te concurreren. Daarnaast ontzegde Facebook ontwikkelaars toegang tot bepaalde informatie.
In juni ging de rechter echter mee in argumenten van Facebook dat er te weinig bewijs voor kartelpraktijken is. De toezichthouder kreeg een maand de tijd om met meer bewijs te komen. Facebook wil daarnaast niet dat de nieuwe topvrouw van de FTC, Lina Khan, zich over de zaak buigt. De onderneming vindt dat Khan bevooroordeeld is, omdat ze eerder als onderzoeker over het sociale medium publiceerde en in een onderzoekscommissie van het Huis van Afgevaardigden zat dat onderzoek deed naar het techbedrijf.
Volgens de FTC heeft Facebook sinds 2011 in de Verenigde Staten het monopolie op persoonlijke sociale netwerken. De aanklacht is deels aangepast en wordt op verzoek van de toezichthouder de komende tien dagen niet openbaar gemaakt. Wel is bekend dat de FTC vindt dat Facebook mededingingsregels heeft overtreden met de aankoop van het sociale mediaplatform Instagram in 2012 en berichtendienst WhatsApp in 2014, omdat ze daardoor als concurrenten werden uitgeschakeld.
Facebook zegt in een reactie dat de nieuwe aanklacht ongegrond is en dat het bedrijf zich fel zal blijven verzetten. Volgens Facebook is er geen sprake van monopoliegedrag en probeert de FTC met de nieuwe aanklacht de concurrentiewetgeving te herschrijven. De FTC liet weten dat Khan vooralsnog betrokken blijft bij de zaak.