Moeder ontkent dat ze in 2014 baby in container achterliet
De 31-jarige vrouw die wordt verdacht van poging tot kindermoord, ontkent dat zij in oktober 2014 haar pasgeboren baby in een ondergrondse container in Amsterdam-Slotermeer heeft achtergelaten. De vrouw is in april in Duitsland aangehouden en stond dinsdag voor het eerst in het openbaar terecht tijdens een inleidende zitting in de rechtbank in Amsterdam.
Het kindje werd zondag 26 oktober 2014 rond 04.15 uur gevonden nadat een voorbijganger in de Fritz Conijnstraat huilgeluiden uit een ondergrondse vuilcontainer had horen komen. De politie wist het meisje met behulp van de brandweer levend uit de container te bevrijden.
„Ik ben niet degene die dit heeft gedaan. Ik heb meerdere kinderen en die betekenen alles voor mij. Ze zijn mijn familie. Ik heb niet de moed ze iets aan te doen”, zei de verdachte Todisoa R. via een videoverbinding vanuit de gevangenis Ter Peel. Wel erkende ze dat ze de moeder was. Ook vertelde ze dat ze haar kindje destijds Nomena had genoemd.
Uit de wisselende verklaringen die de vrouw heeft afgelegd bij de politie blijkt dat ze vermoedt dat mogelijk de vader de baby in de container heeft gestopt. Ze heeft de politie verteld dat ze door de vader is meegenomen naar een kelder of schuur, waar haar zou zijn verteld dat haar kindje was overleden en is begraven. De personalia van de mogelijke vader zijn echter zo summier dat de man nog niet is gevonden om te worden gehoord als getuige. De vrouw weet alleen dat ze Frans met hem sprak en hem Kabá noemde. De rechtbank besloot dat hij mag worden gehoord als getuige zodra er meer gegevens over zijn identiteit bekend zijn.
De persofficier van justitie vertelde na afloop van de zitting dat de politie onderzoek heeft gedaan naar de rol van de vader, maar dat er geen aanwijzingen zijn dat hij het kindje in een plastic tas bij het vuilnis heeft achtergelaten. Justitie noemt deze verklaring van de vrouw niet aannemelijk. De politie heeft op aanwijzen van R. nog onderzoek gedaan naar de woning waar de verdachte Kabá tweemaal naar binnen zag lopen, maar de bewoners kennen hem niet.
De 31-jarige vrouw heeft zes kinderen, las de rechter voor uit het dossier. De oudste dochter woont in Madagaskar. Dan heeft ze nog drie kinderen die verblijven in het asielzoekerscentrum in Katwijk bij haar vriend. Haar pasgeboren jongste dochtertje verblijft bij haar in de penitentiaire inrichting. Dat was ook de reden dat de verdachte niet naar de rechtbank in Amsterdam kon komen. „Het moeilijkste vind ik dat ik niet bij de kinderen ben”, aldus de vrouw.
Het meisje dat in 2014 in de container werd gevonden, is inmiddels 6 jaar. Ze is geadopteerd en het gaat volgens het OM goed met haar.
De zitting wordt op 5 november inhoudelijk behandeld.