De eigenaren maakten bezwaar tegen de sluiting en vroegen de rechter een voorlopige voorziening te treffen. Dat gebeurde vrijdag. Volgens de voorzieningenrechter heeft Jorritsma niet genoeg inzichtelijk gemaakt waarom de situatie zo spoedeisend was dat de eigenaren niet eerst de tijd kregen om zelf maatregelen te nemen. De restaurants mogen openblijven tot zes weken nadat de burgemeester een beslissing heeft genomen over het bezwaar van de eigenaren. In die zes weken kunnen de eigenaren nog in beroep gaan, mochten zij dat willen.

Handhavers in de gemeente Eindhoven zagen op 11 juni en 22 juli dat op de terrassen van de restaurants na sluitingstijd nog meerdere mensen zaten. Dat was destijds vanwege corona verboden. De burgemeester besloot daarop de restaurants tijdelijk te sluiten.

Volgens de eigenaren waren er inderdaad mensen aanwezig na sluitingstijd, maar waren dat geen klanten. Het zou gaan om personeel dat nog een werkoverleg had. Volgens hen had de burgemeester daarom niet handhavend mogen optreden.

De voorzieningenrechter schorste het besluit van de burgemeester al na een dag, op 23 juli, in afwachting van het oordeel in de zaak.