Valse nederigheid
1 Johannes 2:14c
„En gij hebt de boze overwonnen”
„Want de liefde van Christus dringt ons.” 2 Korinthe 5:14
Dit wordt gezegd van de jonge man. Hij is nog maar een jongeling in de genade. Hij heeft het vaderschap in Christus nog niet bereikt en desondanks heeft hij de boze overwonnen.
Het treft mij, dat men vroeger over het christendom placht te spreken als over een krachtiger zaak dan het nu is. Wanneer de mensen bidden, dan spreken zij zelden in positieve zin over wat de godsdienst voor hen heeft gedaan.
Ik heb dikwijls een broeder horen zeggen: „De Heere heeft grote dingen voor ons gedaan, wij verlangen daarover verblijd te zijn.” Wel, mijn beste broeder, als de Heere grote dingen voor je heeft gedaan, dan ben je verblijd.
Ik heb het meegemaakt, dat over de tekst „de liefde van Christus dringt ons” werd gepreekt alsof hij zegt, dat de liefde van Christus ons behoort te dringen, wat zeker waar is, maar wat niet de waarheid van de tekst is. Zij dringt ons metterdaad, zij heerst in de ziel. Wij spreken dikwijls van een worsteling met satan, van een strijd, en van een streven om te overwinnen, maar de tekst spreekt van een reeds behaalde overwinning, en dat door jonge mannen.
Wij onteren God en maken, dat de mensen gering denken van het Evangelie, wanneer wij deze voorgewende nederige uitdrukkingen invoegen, daar ze alleen worden gebruikt om de mensen te laten zien, hoe buitengewoon nederig wij zijn.
C. H. Spurgeon, predikant te Londen
(”12 Preken voor jongeren”, 1868)