Eis tot 8 maanden cel voor opblazen Brabantse coronatestpost
Vanwege het opblazen van een coronatestlocatie in de Brabantse plaats Beek en Donk zouden twee jongemannen een celstraf tot acht maanden, waarvan de helft voorwaardelijk, moeten krijgen. Dat eiste de officier van justitie maandag in de rechtbank in Den Bosch. Luuk van S. (22) uit Gemert en Angelo van L. (26) uit Helmond hebben bekend dat zij de container met zware explosieven bestookten.
De testlocatie in de Waterhoenlaan werd in de nacht van 6 op 7 november vorig jaar vernield. Het was gevestigd in een bouwkeet bij een huisarts. De schade was enorm. Brokstukken vlogen tientallen meters weg en omwonenden voelden de explosie. Door de ontstane ravage moest een nieuwe container worden geplaatst. De coronapost is enkele dagen onbruikbaar geweest om te testen.
Verdachte Luuk van S. was de initiatiefnemer. Hij was verbolgen over coronamaatregelen, vertelde hij bij de rechtbank. Een paar weken ervoor was zijn oma overleden aan de gevolgen van het coronavirus. Hij mocht toen vanwege de maatregelen niet naar zijn opa. Op de avond zelf kreeg hij een bekeuring van de politie, omdat hij met een paar vrienden samen buiten was. Samenscholen was ten tijde van de tweede golf verboden. Daarna, vertelde Van S. de rechters, hebben ze veel gedronken, waarna ze zware cobra’s naar de testlocatie gooiden. Beide verdachten hebben dat bekend. Van S. had de explosieven al een tijd in bezit, zei hij.
De officier van justitie legde uit dat ze lagere straffen dan normaal eiste, omdat Van L. door persoonlijke problemen verminderd toerekeningsvatbaar is. Van S. is geestelijk nog niet volwassen en daarom eiste ze tegen hem een jeugdcelstraf van vier maanden voorwaardelijk en een taakstraf van 100 uur.
Beide verdachten hebben spijt betuigd. Ze hebben enige tijd geleden een mediationgesprek gehad met de huisarts. De huisarts en de initiatiefnemer van de testpost dienden voor bijna 10.000 euro aan schadeclaims in. De verdachten hebben aangegeven die te willen betalen.