Volgens de NCRI is de Pakistaanse atoomgeleerde Abdul Qadeer Khan betrokken bij het Iraanse atoomprogramma. Khan, de ’vader van de Pakistaanse atoombom’, zou onder meer verrijkt uranium en een technisch plan voor de bouw van een atoombom aan Iran hebben geleverd. NCRI–woordvoerer Farid Soleimani zegt dat Iran met de kennis en technologie van Khan binnen een jaar een nucleair wapen kan bouwen. Khan was volgens internationale deskundigen ook betrokken bij de verkoop van atoomgeheimen aan Libië en Noord–Korea.

Khan studeerde in de jaren ’70 in Delft en werkte enige tijd bij het in Nederland gevestigde uraniumverrijkingsbedrijf Urenco, waar hij belangrijke informatie over de ontwikkeling van nucleaire wapens stal. Twee jaar geleden onthulde de NCRI een verrijkingsprogramma in de Iraanse stad Natanz. Die informatie werd later bevestigd door IAEA–inspecteurs.

Iran zegde het IAEA onlangs toe te stoppen met de verrijking van uranium en alle daaraan verwante activiteiten. Volgens het IAEA zijn alle nucleaire materialen en installaties die Iran het afgelopen jaar bij het agentschap heeft aangegeven, gelokaliseerd en genspecteerd. Op basis van die inspecties kan worden geconcludeerd dat die materialen en installaties niet gebruikt zijn voor de ontwikkeling van kernwapens, aldus het IAEA in een rapport over het Iraanse atoomprogramma.

Het IAEA bespreekt het Iraanse atoomprogramma eind volgende week in Wenen. De Verenigde Staten hebben aangedrongen op een veroordeling van Iran door de VN–Veiligheidsraad wegens schending van het non–proliferatieverdrag. De Iraanse president Mohammad Khatami heeft woensdag gedreigd het akkoord met het IAEA te verbreken als Europa Iran niet steunt bij de ontwikkeling van kernenergie.