Cao-akkoord universiteiten leidt tot meer vaste banen
Universitair (hoofd-)docenten, hoogleraren en ondersteunend universiteitspersoneel zullen na één jaar in vaste dienst komen. Dat is volgens de FNV een van de belangrijkste afspraken uit het onderhandelaarsakkoord over een nieuwe cao voor de Nederlandse universiteiten, dat is bereikt met werkgeversorganisatie VSNU.
Degenen die al een contract hebben, komen na een jaar in vaste dienst. Nieuwkomers krijgen na 1,5 jaar een vast contract. Ondersteunend personeel komt ook na een jaar in vaste dienst. „Baanbrekend is daarbij dat voor zo’n 1800 medewerkers eindelijk een vaste baan in zicht komt”, aldus mede-onderhandelaar CNV. „Daarmee wordt eindelijk de doorgeslagen flexcultuur bij de universiteiten aangepakt.”
Verder gaan de lonen in twee stappen structureel met 2 procent omhoog en geldt vanaf 1 juli een minimumloon van 14 euro bruto per uur. Medewerkers krijgen vanaf 1 september 2021 een netto thuiswerkvergoeding van 2 euro per dag en een netto internetvergoeding van 25 euro per maand.
De partijen verwachten een toename van het werken vanuit huis. „Universiteiten willen dit als moderne werkgevers faciliteren. De cao-partijen spreken daarom af dat het voor medewerkers binnen Nederland mogelijk wordt om hybride te werken, voor zover de functie en het werken als team dat toelaten. Leidinggevenden en medewerkers maken samen afspraken over de mogelijkheden om hiervan gebruik te maken”, aldus de VSNU.
Tot slot ontvangen medewerkers een eenmalige uitkering van 650 euro, meldt de vereniging van universiteiten. Om ook nog de werkdruk terug te brengen, krijgen docenten volgens de FNV ruimte voor onderzoek onder werktijd.
De cao beslaat de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 maart 2022. Bij de Nederlandse universiteiten werken ruim 55.000 mensen.