Niet euforie maar ootmoed passend aan einde derde coronagolf
De afgelopen dagen stonden in het teken van de versoepelingen van de coronamaatregelen. Het mondkapje mocht af, grotere groepen konden binnen samenkomen, er kwam meer ruimte voor horeca en evenementen, veel kerkelijke gemeenten ontvingen meer bezoekers in de eredienst waar weer vrijuit gezongen kon worden.
Wie afgelopen zaterdag een stadscentrum aandeed, kon zomaar de indruk krijgen dat er helemaal geen beperkingen meer gelden; een euforisch gevoel leek zich meester te hebben gemaakt van Nederland. Diezelfde dag kwam voor het eerst sinds 7 september 2020 het bericht naar buiten dat er geen coronadoden zijn gemeld bij het RIVM. Hoewel de impact van de pandemie in Nederland afneemt, is er nog reden genoeg voor voorzichtigheid, terughoudendheid en een pas op de plaats. Ja, we mogen dankbaar zijn voor de versoepelingen, maar daarmee is niet het laatste woord gezegd.
Er bestaat immers nog altijd het risico op een vierde golf, in het najaar of eerder. En wie zal zeggen wat de invloed van de erg besmettelijke deltavariant zal zijn in Nederland? De situatie in het Verenigd Koninkrijk en Portugal spreekt boekdelen. Besmettingscijfers lopen daar op, maatregelen worden aangehouden of aangescherpt.
Terughoudendheid past zeker bij een blik buiten Europa. In Zuid-Amerika grijpt het virus nog hard om zich heen, in Rusland en Indonesië zitten de cijfers weer in de lift. Daar komt bij dat de impact van corona in niet-westerse landen vaak veel groter is. Matthijs van Pijkeren, teamleider Azië van ontwikkelingsorganisatie Tearfund, illustreerde dat met het voorbeeld van India. Hoewel de cijfers daar dalen, zijn de gevolgen van de tweede coronagolf immens. „Zestig miljoen extra mensen zijn onder de armoedegrens gedoken. Veel gezinnen hebben niet alleen een geliefde, maar ook hun kostwinner verloren. Een heel gezin valt dan terug in de armoede.” En intussen dreigt een derde coronagolf Afrika te overspoelen, waar de kwaliteit van de gezondheidszorg niet hoog is en de impact van restricties groot. Geen geld vandaag betekent niet zelden vanavond geen brood op de plank. Bij deze wereldwijde cijfers en deze grote persoonlijke gevolgen past geen euforie in Nederland.
Die voorzichtigheid en terughoudendheid is helemaal op zijn plaats wie de geestelijke gevolgen van corona onder ogen ziet. Aan het begin van de pandemie discussieerden christenen over de vraag hoe ze de crisis moesten duiden: Is corona een oordeel van God, een straf of een roepstem? Nu de derde coronagolf op z’n retour is, Nederland weer los mag en de zomer voor de deur staat, lijkt de conclusie gerechtvaardigd dat corona geen brede geestelijke opwekking in Nederland heeft veroorzaakt. Dat stemt droevig en stelt schuldig. Die beschuldigende vinger wijst dan niet alleen naar de seculiere wereld, maar net zo goed –en misschien wel allereerst– naar de kerk en naar elke christen. Aan het eind van de derde golf past geen euforie, maar ootmoed.