Rechtbank behandelt strafzaak moeder Zeeuwse zedenzaak
De rechtbank in Middelburg behandelt donderdag de strafzaak tegen Tanja D. (44) uit Terneuzen, medeverdachte in de geruchtmakende Zeeuwse zedenzaak. Slachtoffers daarin zijn de twee dochters van D. Zij werden vanaf jonge leeftijd jarenlang ernstig misbruikt door D.’s partner Pascal P. uit Aardenburg, die in december vorig jaar is veroordeeld tot acht jaar cel en tbs met dwangverpleging. De rechter legde hem twee jaar cel meer op dan door het Openbaar Ministerie geëist.
D. stond vorig jaar aanvankelijk met P. terecht, maar werd tijdens de zitting ziek. Haar zaak werd afgesplitst van die van P. Justitie verdenkt de vrouw van het faciliteren van het ernstige misbruik. P. vergreep zich talloze malen aan de meisjes (vanaf hun achtste levensjaar). Zij werden veelal gedrogeerd, om hun verzet te breken en het misbruik makkelijker te maken. Het oudste kind stelde hij ook beschikbaar aan andere mannen, op parkeerplaatsen in Zeeland en in Belgische parenclubs.
De rechtbank sprak in het vonnis in P.s zaak over „gruwelijke feiten” en noteerde dat de meisjes gedwongen werden „te verblijven in de wrede en duistere wereld van seksueel misbruik”. P. is ook veroordeeld voor de verkrachting van een vriendinnetje van een van D.’s dochters. De samenwerking tussen de beide verdachten omschreef de rechtbank bij de veroordeling van P. als „intensief, meedogenloos en huiveringwekkend”.
De zaak tegen D. zal niet door de rechters worden behandeld die de zaak tegen P. hebben gedaan.
