Spanje en Portugal over eerste horde voor geld uit herstelfonds
Spanje kan rekenen op 69,5 miljard euro aan EU-subsidies voor zijn herstelplan, als het aan de Europese Commissie ligt. De Spaanse regering heeft een „ambitieus en toekomstgericht” plan in Brussel ingediend waarin 40 procent van de beoogde maatregelen het klimaat ten goede komt en 28 procent is bestemd voor een digitale vertaalslag om het land sterker uit de coronacrisis te helpen, stelt het dagelijks EU-bestuur. Commissievoorzitter Ursula von der Leyen is woensdag de goedgekeurde beoordeling persoonlijk in Madrid komen afleveren.
Eerder op de dag deed ze hetzelfde in Lissabon, de hoofdstad van de economisch veel kleinere lidstaat Portugal. Dat land kan 13,9 miljard euro aan subsidies krijgen en 2,7 miljard euro aan gunstige leningen om de Portugese plannen te helpen financieren. Spanje doet vooralsnog geen beroep op de leningen uit het tijdelijke coronaherstelfonds van 672,5 miljard euro dat de EU-lidstaten al kort na de uitbraak van de pandemie hebben opgetuigd. Daarvan is 312,5 miljard euro beschikbaar aan subsidies en 360 miljard aan voordelige leningen.
De herstelplannen van Spanje en Portugal horen tot de eerste vijf die goedkeuring hebben gekregen van de commissie. De andere zijn die van Griekenland, Denemarken en Luxemburg. Daar gaat Von der Leyen deze week ook naartoe. De EU-ministers van Financiën moeten de plannen van hun collega’s eerst nog goedkeuren voor de eerste projecten kunnen worden voorgefinancierd. Ze hebben daar een maand de tijd voor. Alle landen moeten een aantal specifieke hervormingen doorvoeren om dat land economisch sterker en weerbaarder te maken, bijvoorbeeld door aanpassingen in het belastingstelsel of de arbeidsmarkt. Nederland neemt die afspraak serieus, zeggen diplomaten.
De ministers komen donderdag en vrijdag in Luxemburg bijeen, maar ingewijden zeggen dat het te vroeg is om dan al over de door de commissie goedgekeurde herstelplannen te oordelen.