Sprekend gelaat
Er zijn van die mensen die door hun uiterlijk al imponeren. John Charles Ryle is voor mij zo iemand. Ik was een jaar of vijftien toen ik hem van naam leerde kennen. Ds. A. de Waard had afscheid genomen van onze schuurkerk, waarna de tijd van het grote preeklezen aanbrak. Priksleeën, zoals we het oneerbiedig noemden. Ook daarbij moet je jezelf zien te behelpen.
Onder de bestuursleden die lazen, schuurkerkouderlingen zogezegd, was variatie in voorkeur. Leen Stout koos bij voorkeur preken van ouderwetse gereformeerdegemeentedominees. Wim Verloop had een voorliefde voor Hollandse oudvaders. Mijn vader wist zich geestelijk sterk verbonden met Kohlbrugge en de puriteinen. De preken van Kohlbrugge bleken voor veel kerkgangers te moeilijk, die van de puriteinen waren vaak aan de lange kant. Ook hun zinnen hadden wel wat compacter gekund. Ryle was het ideale alternatief. Met zijn preken en traktaten ging hij in het spoor van de puriteinen, maar met meer orde en uitleg. En een aansprekende stijl. Als tiener zat ik er al met aandacht naar te luisteren.
Mijn moeder zei ooit na een dienst met een overbevindelijke prediker: „Toen het Bijbelgedeelte werd gelezen, begreep ik het helemaal. Na de preek snapte ik er niets meer van.” Daarvoor hoef je bij Ryle niet te vrezen. Na ons trouwen schaften we zijn commentaar op Johannes aan. We lazen het als dagboek, aan het einde van de avond. Altijd tot onderwijs en stichting.
Op een dag stond in een blad een foto van Ryle. Een eerbiedwaardige figuur met een aristocratisch gezicht en een patriarchale baard. Een verschijning die naadloos paste bij zijn geschriften, waarvan ik er intussen een aantal had gelezen. De levensgang van de anglicaan, die ondanks zijn calvinistische opvattingen tot bisschop van Liverpool werd benoemd, was niet alledaags. Hij groeide op als zoon van een multimiljonair die op een dag zijn vermogen verloor. Als geen ander kende John Charles de betrekkelijkheid van aards goed. En de verleiding ervan. Over zijn vader schreef hij: „Arme man! Hij was veel te snel rijk (…) en ging om met mensen die hem geen goed deden.” Daardoor miste Ryle senior na het financiële debacle alles. Zijn zoon had een ander goed gevonden, ongevoelig voor crisis of inflatie.
Kok van Luik, ouderling van de gereformeerde gemeente te ’s-Gravenpolder, vertaalde recent Ryles uitleggende gedachten over het evangelie van Lukas. Daar ben ik hem dankbaar voor. Op de cover van de drie delen prijkt een portret van Ryle in zijn studeervertrek. Ook dit werk is als het gelaat van de auteur. Eerlijk, ernstig en imponerend.