Meditatie: Vervulling
Vervuld. Dat woord komt meerdere keren terug in Handelingen 2. De dag wordt vervuld. Het gehele huis wordt vervuld. En zij allen werden vervuld. En die vervulling gaat samen met tekenen: een geluid van een geweldige wind en tongen van vuur. Pinksteren. Een wonderlijk gebeuren. Wat maakt het zo wonderlijk?
Wat met Pinksteren gebeurt, is iets wat niet kan. We lezen in de Bijbel van de Heere dat Hij een verterend vuur is. In Deuteronomium 4:24 staat: „Want de Heere uw God, Die is een verterend Vuur, een ijverig God.” Zo ook in Hebreeën 12: „Want onze God is een verterend Vuur.” Vuur van Zijn heiligheid en Zijn toorn tegen de zonden (kanttekening). De toorn van de Heere brandt. Jesaja zegt: „Wie is er onder ons, die bij een verterend Vuur wonen kan? Wie is er onder ons, die bij een eeuwigen Gloed wonen kan?” Het antwoord daarop is: niemand. Aangrijpend.
Onze God een verterend vuur. Wie ligt daar nog wakker van?
In de pinksterzaal wordt niemand verteerd. Niemand vergaat, wordt weggestormd of sterft. En dat terwijl God met Zijn Geest komt, bij en in de mensen. Wonderlijk. Het beeld van de brandende braambos in Exodus dringt zich op. Hoe kan dat dan?
We kunnen dat alleen maar denken en geloven vanuit Golgotha. Daar brandt de toorn van God tegen de zonde. Daar wordt Christus, de Gegevene van de Vader, verteerd. Voor ons. En daarom, en daarom alleen, kan het Pinksteren worden en God bij mensen –meer nog: God ín mensen– wonen. Pinksteren is het feest van de Geest, de Geest van Christus. De preek van Petrus –vol van de Geest– staat bol van Christus. Zo moet het!
Pinksteren is daarmee een niet te bevatten werkelijkheid. Joël profeteerde over het „uitgieten” –dat betekent overvloed en stromen van zegen– van Mijn Geest over alle vlees. God woont bij en in mensen. God woont in Zijn gemeente, om daar ook nooit meer weg te gaan. Wat een hoopvolle boodschap, juist ook in deze crisistijd.
We belijden: „Ik geloof in de Heilige Geest.” Geloven wij werkelijk in de Heilige Geest, Die met de Vader en de Zoon God is, aangebeden wordt en tot ons spreekt door Zijn Woord? Wie zichzelf kent voor een heilig God, belijdt met Jesaja: „Wee mij, want ik verga.” Maar in Christus zijn wij heilig voor God en woont God in ons. Dan geen verterend vuur, want dat is op Golgotha geblust. Maar dan het vuur van de Geest. Om met vrijmoedigheid de grote daden van God te verkondigen. Vanuit de verwondering.
Dat geeft hoop voor de toekomst. Zal er na de coronacrisis een kerk zijn? Jazeker! Want de Geest is uitgestort, in het laatste der dagen, zegt God. Die dagen beleven wij nu. Er is hoop en verwachting, voor jongeren en ouderen. Ze zullen profeteren, dromen dromen en gezichten zien. Dat geeft de Heere, Die bij en in mensen woont. Die Zijn Koninkrijk uitbreidt tot de einden van de aarde. Die met Zijn Geest bij ons en in ons is. Tot aan de voleinding van de wereld.
De Geest en de Bruid zeggen: Kom! Straks begint het eeuwige pinksterfeest. God alles en in allen. De gehele nieuwe aarde en hemel vol van God en wij vol van Hem. Eeuwig Pinksteren. Kom, Heere Jezus!