Prof. dr. Joep de Hart: Jeugd het behoudendste smaldeel in veel kerken
Nederland seculariseert steeds verder, maar de kerkelijke jeugd is vanaf de jaren negentig uitgegroeid tot het theologisch meest behoudende smaldeel in veel kerken, stelt prof. dr. Joep de Hart. „Een constatering met consequenties voor die kerken.”
Prof. De Hart neemt donderdag afscheid als bijzonder hoogleraar (vanwege Kerk en Wereld) aan de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) in Groningen. De Hart was onder meer universitair docent cultuur- en godsdienstpsychologie aan de Radboud Universiteit te Nijmegen en sinds 1993 als senior onderzoeker verbonden aan het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP).
Naast zijn werk voor het SCP verrichtte hij onderzoeken naar alternatieve spiritualiteit, godsdienst als sociaal kapitaal en jeugdsubculturen als bron van zingeving. „Ik denk dat een bredere benadering ook nodig is om te begrijpen wat er met de kerken is gebeurd. Die staan niet gebouwd op een eiland, maar maken deel uit van het grotere maatschappelijke geheel en de ontwikkelingen die zich daarin voltrekken”, zegt dr. De Hart desgevraagd.
De PThU belegt donderdag een (online) afscheidssymposium dat in het teken zal staan van maatschappelijke veranderingen door de coronacrisis in Nederland en de kerken. De titel van De Harts afscheidsrede luidt: ”De pijlen van Apollo”. „Apollo’s pestpijlen daalden neer op ons vermetele Grieken”, zo begint hij veelzeggend zijn betoog.
Is de kerkelijke situatie door de coronacrisis ingrijpend veranderd?
„Het kerkbezoek is ingeperkt en gemeentes en parochies zijn aan de slag gegaan met online initiatieven. Ik vermoed overigens dat hiermee de kerken toch voornamelijk hun vaste kring van gelovigen hebben bediend, met wellicht ook wat incidentele bezoekers. De experimenten met onlinediensten zijn echter nog maar het begin van een verdere invoering van nieuwe technologieën om de eigen visie te verbreiden.”
Volgens Pew Research Center is Nederland iets religieuzer door corona geworden.
„Tja, wat is ”religieus”? Daarover verschillen de meningen, vaak binnen één en dezelfde kerk. Wat mensen zeggen, is niet altijd wat ze doen. Wat de langere termijn betreft, tekent zich nog geen naderende omslag af in de cijfers. Of de godsdienstige beleving in bredere zin is veranderd, zal onderzoek nog moeten gaan uitwijzen.”
U constateerde tegendraadse ontwikkelingen: enerzijds voortschrijdende secularisatie en theologisch analfabetisme onder jongeren, anderzijds ook bruisende migrantenkerken en toenemende bewustwording van moslims van hun geloof. Groeit er een tweedeling tussen ongelovig en gelovig Nederland?
„Wat de mens- en levensvisie betreft wel, denk ik. Wat bijvoorbeeld de leefstijl betreft, hangt het er maar vanaf. Ook op de Biblebelt en in moslimkringen zijn ze tegenwoordig aangesloten op internet en hebben ze een iPhone in hun zak zitten. Op korte termijn verwacht ik dat de mainstream kerken verder afkalven en op lange termijn zullen de conservatieve kerken blijven groeien. Maar ik ben geen helderziende. Het blijft mogelijk dat over pakweg twintig jaar nieuw onderzoek een andere verwachting gaat opleveren.”
Een socioloog kan natuurlijk niet de toekomst voorspellen, maar desalniettemin: wat verwacht u, op basis van het verleden, voor de toekomst?
„Tja, het KNMI is nauwelijks in staat zelfs maar het weer van volgende week precies te voorspellen, maar van sociologen verwachten mensen soms dat ze vertellen hoe de wereld over vijftig jaar eruit ziet. Sommige dingen zullen echter wel waarschijnlijk zijn met het oog op de nabije toekomst. Zo denk ik dat de trend naar een steeds individuelere beleving van religie en spiritualiteit, wars van hiërarchische verhoudingen, en met veel belangstelling voor de emotionele, gevoelsmatige, intuïtieve kant voorlopig nog niet ten einde is. Fysieke aanwezigheid, vaste tijden, routines en samenkomsten zullen minder belangrijk worden. De identiteit zal minder gevoed worden door groepstradities en meer ad hoc tot stand gaan komen. Ze zal geïnspireerd zijn door wat op een bepaald moment, in een bepaalde levensfase of situatie, belangrijk is voor mensen.”