Column (Wim van Egdom): Snakken en hunkeren
Als je de afgelopen maanden niet minstens vijf keer per dag het woord ”snakken” of ”hunkeren” hebt gebruikt, tel je eigenlijk niet meer mee.
„We snakken naar een biertje op het terras.” „We hunkeren naar een vakantie in de zon.” Het waren woorden die zelfs premier Mark Rutte en minister Hugo de Jonge tijdens iedere persconferentie wel een paar keer in de mond namen.
Nu kan ik me bij dat biertje op het terras al helemaal niets snakkerigs voorstellen. Ik denk te mogen zeggen dat een terrasbezoek zo ongeveer het laatste is waar ik naar snak. Toegegeven, dat is puur persoonlijk.
Bij het hunkeren naar een vakantie kan ik me wel iets voorstellen, zij het ook niet al te veel. Bij vakantie denk ik in negatieve buien toch ook aan vliegreizen op onmogelijke tijden, met de auto aanschuiven in eindeloze files en verplicht uren sjouwen langs bezienswaardigheden in de zinderende hitte. Natuurlijk heb ik ook herinneringen aan mooie vakanties in prachtige landen. Maar als me voor m’n gevoel iets wordt opgedrongen, heb ik nogal eens de reflex helemaal aan de andere kant van de boot te gaan hangen.
In ieder geval kan ik absoluut niet begrijpen dat mensen hunkeren naar een vakantie onder coronarestricties. De proefvakanties, waarvoor duizenden mensen zich hadden aangemeld, lijken mij toch echt meer strafexpedities. Bij de eerste reis mocht je zelfs niet het terrein van het hotel verlaten. Nou, noem dat maar vakantie. Volgens mij is het meer betaalde gevangenschap. En ook nu, mogelijk zelfs nog de hele zomer, betekent een buitenlandse reis vooral restricties. En maar hopen dat je geen klachten krijgt die op corona lijken, want dan moet je testen en nog eens testen en mogelijk mag je niet eens meer naar huis. En mochten er in het vakantieland ineens oplopende besmettingscijfers zijn, dan moet je bij thuiskomst weer in quarantaine. Hoezo zorgeloos op vakantie?
Waar ik naar hunker? Eigenlijk durf ik het niet te schrijven, want ik vrees de stortvloed van kritiek. Al lees ik inmiddels wel dat véél méér mensen m’n mening delen. Het heeft te maken met het feit dat je van overheidswege na een bepaald tijdstip in de avond op straffe van een flinke boete niet meer de deur uit mag. Ja, precies, de avondklok. De aanleiding ervoor was ernstig en ik begrijp dat velen het akelig vonden. Maar voor mij had dát toch iets van vakantie.