Mensenrechtenhof ziet geen bezwaar tegen lockdown
De eerste klager over een lockdown in de coronacrisis heeft ongelijk gekregen van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. De Roemeense regering heeft vorig voorjaar niet de mensenrechten geschonden toen ze de samenleving stillegde om de epidemie te beteugelen, oordeelt het hof.
Een Roemeense Europarlementariër was naar het hof gestapt uit onvrede over het uitgaansverbod dat bijna twee maanden lang gold. Cristian Terheș, lid van oppositiepartij PSD, vatte dat op als huisarrest.
Maar dat is het hof in Straatsburg niet hem eens. Terheș kreeg geen alleen tegen hem gerichte maatregel opgelegd, maar moest dezelfde maatregelen verduren als zijn medeburgers. En die verschilden aanzienlijk van huisarrest, vindt het hof. Zo mochten Roemenen nog wel naar buiten als dat nodig was. De gemiddelde Roemeen zat niet opgesloten in een onmogelijk kleine ruimte en was ook niet totaal verstoken van sociale contacten.
Terheș persoonlijke vrijheid is dan ook niet ontoelaatbaar aangetast, oordeelt het hof. Het zinspeelt er wel op dat hij meer kans had gemaakt als hij zich specifiek had beklaagd over de inperking van zijn recht op bewegingsvrijheid.