Doden door geweld in Afghanistan na einde wapenstilstand
Na het einde van een driedaagse wapenstilstand is zondag weer gevochten in Afghanistan De autoriteiten meldden dat het regeringsleger en de Taliban strijd leverden bij Lashkar Gah, de hoofdstad van de zuidelijke provincie Helmand. Het bestuur van Helmand meldde dat 21 strijders van de Taliban zijn gedood. Over mogelijke slachtoffers bij het leger repte het bestuur niet.
De strijd begon volgens een lokale functionaris in de vroege ochtend. Toen vielen de Taliban controleposten bij de stad aan. De moslimextremisten zeggen op hun beurt dat veiligheidstroepen een operatie waren begonnen. „Geef ons daar niet de schuld van”, zei een woordvoerder.
Het bestand van de afgelopen dagen betekende voor Afghanen een welkome onderbreking van het aanhoudende geweld in hun land. De Taliban hadden een staakt-het-vuren voorgesteld dat samenviel met de Eid al-Fitr, het einde van de vastenmaand ramadan. De regering stemde daar snel mee in.
Er vielen vrijdag wel twaalf doden door een bomexplosie in een moskee in hoofdstad Kabul. Terreurgroep Islamitische Staat eiste die aanslag op. Er waren een week eerder ook al tientallen mensen om het leven gekomen bij een aanslag op een school. Het ging vooral om meisjes.
De Taliban en de Afghaanse regering overleggen ook al maanden over een vredesakkoord, maar lijken nauwelijks vooruitgang te boeken. Onderhandelingsteams zaten vrijdag weer om de tafel in Qatar. De regering verklaarde naderhand dat beide partijen het tempo van de onderhandelingen willen opvoeren.
Internationale troepen vertrekken ondertussen na ongeveer twintig jaar uit Afghanistan. De Amerikaanse president Joe Biden wil dat de terugtrekking op 11 september is afgerond. De VS hebben inmiddels een belangrijke luchtmachtbasis in het zuidelijke Kandahar verlaten.