Elias en Toos van Wijk startten ruim dertig jaar geleden in Nederhemert-Noord met hun Klein Warenhuis. „Daarvoor hadden we een supermarkt. Een paar jaar combineerden we beide winkels, in 1995 stopten we met de supermarkt.”

’t Kloske specialiseerde zich aanvankelijk in textiel, stoffen, breigarens en kleinvakartikelen. „De winkel lag vol klosjes garen. Daar komt onze naam en ons oude logo vandaan”, legt Toos uit.

Van lieverlee breidde de winkel uit. Toen in 1999 een schilderszaak in het dorp stopte, zag Elias zijn kans schoon. „Ze verkochten ook huishoudelijke artikelen en speelgoed. Dat heb ik overgenomen.”

Het was het begin van een flinke groei van ’t Kloske. Ruim twintig jaar later verkoopt het Klein Warenhuis alles op het gebied van non-food: huishoudelijke apparaten en artikelen, speelgoed, kantoorartikelen, schrijfwaren, (christelijke) boeken, beenmode, breigaren, kleivak artikelen, ondergoed, kaarten, schoenpoets; te veel om op te noemen. Zoon Ernst: „Onze klanten zeggen: Hier heb je alle winkels van Zaltbommel onder één dak. ’t Kloske is uitgegroeid tot een ontmoetingsplaats waar de nieuwtjes worden uitgewisseld.”

Een jaar geleden stapte hij in het bedrijf van zijn ouders. „Eigenlijk was dat helemaal niet de bedoeling. Ik zat eerst bij de marine, ging later naar reisorganisatie Beter Uit en werkte ook nog bij een bedrijf in bouwmaterialen. Ik had het overal goed naar m’n zin, leerde veel op het gebied van webshops en e-commerce, maar was steeds op zoek naar een uitdaging. Ik wilde iets voor mezelf gaan doen.”

Toen zijn ouders vertelden dat ze –door het ontbreken van een opvolger– van lieverlee wilden afbouwen, zag hij mogelijkheden. „Ik vond het jammer dat iets zou verdwijnen dat al zo lang bestaat. Bovendien was dit een mooie kans om voor mezelf te beginnen. Toch was het een lastige beslissing. De vraag was: is er voldoende perspectief voor twee gezinnen? Maar ik was zo gemotiveerd, had zoveel ideeën dat we toch de knoop hebben doorgehakt.”

Een nieuwe huisstijl, een nieuw logo en de nieuwe slogan waren de eerste veranderingen. Grotere zichtbaarheid was de tweede impuls van Ernst van Wijk. „Eerst moesten we het alleen hebben van onze klanten in de winkel en mond-tot-mond-reclame. Nu hebben we een nieuwsbrief en zijn actief op sociale media. Daarnaast hebben we veel tijd besteed aan het maken van een webshop.”

Ook ging Ernst aan de slag met de administratie: „een enorme klus, omdat we zoveel verschillende leveranciers hebben.”

De recente verhuizing naar een gloednieuw pand aan de Sterakker is misschien wel de grootste verandering. Een plaatselijke projectontwikkelaar had zijn ouders al eens gepolst of ze interesse hadden in de riante ruimte onder het appartementencomplex. Omdat die aan afbouwen dachten, was dat geen optie. „Toen ik in beeld kwam, zijn de gesprekken hervat. Ik was meteen enthousiast. De paden in onze oude winkel waren smal. Alles stond bomvol, kinderwagens pasten er niet in. Hier hebben we meer vloeroppervlak en opslagruimte, meer licht, een hoger plafond en volop parkeerruimte. We kunnen onze artikelen beter uitstallen, onze klanten zijn enthousiast. Bovendien blijft de kennis van de oude generatie behouden. Het hele personeel verhuist mee. De ‘sfeer’ van de oude winkel is gebleven.”

Beide generaties zien de toekomst vol vertrouwen tegemoet. Elias en Toos: „De cijfers gaan –ondanks de lockdown– de goede kant op. Het trekt aan.” Ernst: „De combinatie ‘clicks en bricks’ heeft de toekomst. Klanten kijken eerst op onze webshop en komen dan naar de winkel om een product te kopen. Natuurlijk is er concurrentie –zeker digitaal– anderzijds is de gunning van de klanten groot. Met elkaar gaan we de goede kant op.”