Treinverkeer moet veiliger
Het aantal doden en gewonden in het treinverkeer moet in 2010 flink zijn verminderd. Dat is de inzet van minister Peijs van Verkeer en Waterstaat. Zij presenteerde donderdag maatregelen om de veiligheid op en rond het spoor te verbeteren. Peijs trekt er 40 miljoen euro voor uit.
In de periode 1999–2003 raakten gemiddeld 103 treinreizigers per jaar gewond. In 2010 moet dat aantal zijn gehalveerd. Passagiers lopen de meeste verwondingen op doordat ze van een trap vallen of uitglijden op een glad perron. Bij het in– en uitstappen van de trein raken mensen soms beklemd tussen de deuren of vallen ze tussen het perron en de trein.
De laatstgenoemde ongelukken zijn levensbedreigend. De Nederlandse Spoorwegen hebben daarom maatregelen genomen om ze te voorkomen. Vanaf 1 december vertrekken de treinen met gesloten deuren. Nu is het nog zo dat de conducteur bij vertrek in een van de deuropeningen staat en die pas sluit als de trein op gang komt. De overige deuren zijn dan al wel dicht.
Op spooroverwegen vallen jaarlijks relatief veel slachtoffers. Afgelopen jaar lieten circa dertig mensen het leven door ongevallen op railovergangen. Dit mogen er in 2010 niet meer zijn dan 24. Om dit te bereiken worden bijvoorbeeld onbeveiligde overgangen weggehaald of ze krijgen andreaskruisen, lichten en bellen.
De afgelopen tien jaar is het aantal treinen dat door rood rijdt aanzienlijk toegenomen, stelt Peijs. Meestal leidt dit niet tot ongevallen, maar dergelijke incidenten kunnen volgens haar catastrofale gevolgen hebben.
Het hele spoorwegnet moet in 2010 zijn voorzien van een systeem dat ingrijpt wanneer een machinist niet remt voor een rood sein. Ook worden bepaalde seinen hoger geplaatst en krijgen andere types seinen een groter achtergrondscherm, een grotere lens en een betere lamp.
Peijs en de spoorsector pakken bovendien het spoorvandalisme aan. De rails worden minder toegankelijk en er komt meer toezicht. Baanvakken worden schoongemaakt en aannemers moeten bouwlocaties langs het spoor ordelijk achterlaten. Vandalen kunnen de bouwmaterialen zo niet op de rails leggen.
De risico’s die baanwerkers en rangeerders tijdens hun werk lopen, noemt Peijs „onaanvaardbaar hoog". Een veiliger situatie voor baanwerkers en rangeerders betekent buiten dienst stellen van werksporen, afschermen van werkplekken van het treinverkeer en de uitvoering van technische beveiligingsmaatregelen.