Column (Wim van Egdom): Een bakkie troost
Het viel me ineens op. Dat wij het drankje dat we koffie noemen een wonderlijk centrale rol geven in ons leven. Misschien dat ik er indirect op werd gewezen door die rare bijeenkomsten tegen de coronamaatregelen die demonstranten ”koffiedrinken” noemen.
Maar het gaat natuurlijk veel vaker over koffie. Als er een conflict opgelost moet worden, gaan politici een bak koffie met elkaar drinken. Als we verdrietig of gedeprimeerd zijn, zegt een familielid of goede vriend al snel: „Kom even een bak koffie drinken.” Eigenlijk willen we dan zeggen: Je hebt steun nodig, laten we samen de situatie bespreken, ik wil je graag helpen. „De koffie staat klaar”, zeggen we om aan te geven dat iemand welkom is. Zo van: Blijf niet in je eentje zitten tobben maar kom even langs.
Koffie speelt een wonderlijke rol bij veel belangrijke momenten in ons leven. Het is daarbij ook de drank van de grote mensen. Ik weet nog dat ik voor het eerst koffie meedronk. Ik vond het vies, maar omdat ik nu eindelijk volwassen was en me niet hoefde te behelpen met een glaasje fris, slikte ik het bruine vocht dapper weg.
Koffie is er als beloning als je hard gewerkt hebt met elkaar. „Zo, nu eerst een bak koffie.” Ik hoor het m’n moeder nog zeggen na een gezamenlijke klus in tuin of huis. Even uitblazen, bedoelde ze.
Koffie als middel om de goede verhoudingen tot uitdrukking te brengen. Je weet wie cafeïnevrije koffie wil, wie de koffie zwart drinkt en wie een schep suiker niet schuwt. Dat je dat wéét en het niet hoeft te vragen, maakt duidelijk dat je geen oppervlakkige kennissen bent maar vrienden.
Koffie als bakkie troost. Letterlijk. Als er verdriet is, een ernstige boodschap van de arts. Als er gehuild is en je verslagen bij elkaar zit. En dan staat er iemand op die zegt: „Ik ga even koffiezetten.”
Troost koffie beter dan thee of cola? Natuurlijk niet. Maar koffie is een symbool. Een teken van goede intenties. Je wilt de relatie weer goed krijgen, je wilt duidelijk maken dat je meeleeft en dat je helpen wilt maar dat we ons bij dat helpen vaak zo woordeloos en onthand voelen.
Koffie is, zo bezien, de smeerolie van onze maatschappij. Maar gelukkig is het wel een olie die niet naar olie smaakt.