Kerk & religie

Anne Askew streed heilige strijd voor waarheid

De 25-jarige Anne Askew moet vreselijke pijn hebben geleden toen ze op de pijnbank van de Tower of London werd uitgerekt. In haar verslag besteedt ze hier nauwelijks aandacht aan. „De Heere God –ik dank Zijn eeuwige goedheid– gaf mij de genade om te volharden.” Dat was voor haar het belangrijkste.

Esther Karels-Boonzaaijer
22 April 2021 19:06
In de Tower van Londen onderging Anne Askew hevige martelingen. Door Gods genade gesterkt kon dat haar niet breken. beeld iStockphoto
In de Tower van Londen onderging Anne Askew hevige martelingen. Door Gods genade gesterkt kon dat haar niet breken. beeld iStockphoto

Anne Askew (1521-1546) is de enige vrouw van wie bekend is dat ze gemarteld werd in de Tower of London. En dan te bedenken dat zij niet de eerste de beste gevangene was, maar een welbespraakte dame van hoge afkomst met relaties in het Engelse vorstenhuis. Ze werd vijf eeuwen geleden geboren in Lincolnshire, een graafschap in Oost-Engeland.

In het Verenigd Koninkrijk geniet zij bekendheid als protestantse martelares en dichteres, maar ook als eerste vrouw die een echtscheiding aanvroeg. Met haar geschriften had ze veel invloed. Dat, in combinatie met haar ongelooflijke dapperheid, heeft van haar een soort volksheldin gemaakt à la Jeanne d’Arc (ca. 1412-1431) in Frankrijk – hoewel die vele malen bekender is.

Standvastig

Askew bracht zelf verslag uit van haar arrestatie en ondervraging. Dat is bijzonder, want in die tijd waren er maar heel weinig vrouwen die konden schrijven.

17037271.JPG
Anne Askew. beeld Wikimedia

Anne vertelt hoe ze na de marteling op de pijnbank twee uur op een kale vloer ligt, terwijl haar beulen –twee hoogwaardigheidsbekleders nota bene– op haar inpraten. Anne moet haar nieuwe geloof afzweren. Ze krijgt allemaal vragen over de mis voorgelegd.

Maar ze moet ook namen noemen. Namen van mensen met protestantse sympathieën. Haar arrestatie dient namelijk een hoger doel: er zijn geruchten dat koningin Catharina Parr (1512-1548), de zesde vrouw van koning Hendrik VIII (1491-1547), ketterse ideeën heeft. Bisschop Stephen Gardiner (1483-1555) is er op gebrand om de protestantse kliek aan het hof aan te pakken. Als Anne de naam van Catharina of van een van haar vertrouwelingen noemt, kan dat dienen als bewijsmateriaal tegen hen. Maar Anne, hoewel ze „nigh dead” (bijna dood) is, brengt geen woord uit en verraadt niemand.

Zakje buskruit

Enkele dagen later, op 16 juli 1546, wordt ze met drie andere ketters naar de brandstapel gebracht. De martelingen hebben haar ernstig verminkt, ze kan niet meer zelf lopen en wordt op een stoel naar het marktplein van Smithfield vervoerd. Daar aangekomen binden de beulen haar met kettingen vast aan een paal. Duizenden toeschouwers hebben zich verzameld. Achter een katheder staat Thomas Shaxton te preken. Volgens omstanders luistert Anne aandachtig naar zijn rede en geeft zij hardop blijk van haar instemming, dan wel afkeuring: „Nee dit klopt niet, dit is niet naar het Boek.” De veroordeelden krijgen een zakje met buskruit omgehangen, een daad van meeleven. Vaak wisten vrienden dat stiekem toe te stoppen, om de kwelling van het vuur niet te lang te laten duren.

Bang om te sterven is Anne niet. In een brief aan hoveling en later martelaar John Lascelles (?-1546) schreef zij eerder: „Ik vraag me sterk af wat jou beweegt om te denken dat mijn geloof zo klein is dat ik bang ben om te sterven. Dat zal toch het einde van alle ellende zijn. Ik hoop dat je niet zoiets slechts van mij denkt. Ik twijfel er namelijk niet aan dat God, Die in mij een goed werk begonnen is, dat ook zal voltooien.’

Bijbelkennis

Askew was de eerste vrouw die een echtscheiding aanvroeg. Hoe valt dat nu te rijmen met bovenstaand relaas? Haar vader, een rijke landeigenaar, arrangeerde een huwelijk voor zijn dochter Martha met Thomas Kyme. Martha overlijdt vroegtijdig en Anne, die dan pas 15 jaar oud is, moet de plaats van haar zus innemen. Met het huwelijk ontstaat een buitengewoon moeilijke situatie. Kyme is een steile, conservatieve rooms-katholiek, die geen raad weet met zijn ontwikkelde vrouw.

Anne heeft een goede opleiding genoten en uit allerlei feiten blijkt dat ze de Bijbel grondig kent. Als er een wet komt die de gewone man verbiedt de Bijbel te lezen, terwijl mensen uit de hoge klassen die alleen thuis mogen lezen, gaat Anne demonstratief in de kathedraal van Lincolnshire in de Bijbel zitten lezen. Dat zegt wel wat over haar karakter. Nauwgezette Bijbelstudie overtuigt haar van de verkeerde leringen van de Rooms-Katholieke Kerk.

De spanningen in het huwelijk lopen op en Kyme zet zijn vrouw het huis uit. Zij vlucht naar Londen, neemt haar meisjesnaam aan en probeert van haar man te scheiden. Dat mislukt echter.

Arrestatie

In Londen heeft Anne een goede tijd. De stad is vol met groepen mensen die in het geheim de Bijbel bestuderen. Mannen, vrouwen, edelen en arbeiders zitten door elkaar, gedreven door hetzelfde verlangen om het Woord van God te horen. Anne kent hele stukken van de Bijbel uit haar hoofd. Het levert haar de bijnaam ”Fair Gospeler” op. Het is een tijd van opwekking, maar denk daar vooral niet romantisch over. De prijs die betaald moet worden om je geloof te belijden is heel hoog.

In maart 1545 wordt Askew voor de eerste keer gearresteerd en ondervraagd. Bij haar vrijlating wordt bepaald dat ze naar Lincolnshire terug moet. Het verblijf is van korte duur, want ze vlucht opnieuw naar Londen.

Nog geen jaar later volgt een tweede arrestatie en daarna een derde, in juni 1546. Diverse geestelijken praten op haar in, hetzij met vleiende woorden, hetzij met dreigende taal. Maar zelfs na zware martelingen krijgt Anne de genade om te volharden. Uit de verslagen blijkt dat zij er vaak het zwijgen toe doet, of haar ondervragers te slim af is: „Het is tegen Paulus’ leer dat een vrouw de Schrift uitlegt, en al helemaal niet als er veel wijze mannen aanwezig zijn.” Als ze ondervraagd wordt over de eucharistie, antwoordt ze: „Stel dat de hostie op de grond valt en een dier eet het op, ontvangt dat dier dan Christus of niet?”

Zeggingskracht

De terechtstelling van deze jonge, adellijke dame moet veel indruk gemaakt hebben. Na haar dood vinden haar geschriften gretig aftrek. Er is één lied bekend van Askew, dat vijf eeuwen na dato nog niets aan zeggingskracht heeft ingeboet. Hieronder twee coupletten:

More enmyes now I have

Than hairs upon my head.

Let them not me deprave

But fight thou in my stead.

On thee my care I cast.

For all their cruel spight

I set not by their haste

For thou art my delight.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer