Dino S. wil niet veel kwijt over moorden in proces Holleeder
De tot levenslang veroordeelde Dino S. wil als getuige in het proces tegen Willem Holleeder maar beperkt verklaren. Hij weigert anderen te verraden en vindt het niet veilig voor zichzelf en zijn naasten om alle vragen te beantwoorden. S. (60) is volgens het Openbaar Ministerie een voormalig crimineel compagnon van Holleeder.
S. verscheen dinsdag als getuige in de extra beveiligde rechtszaal op Schiphol, waar Holleeder in hoger beroep terechtstaat. Holleeder kreeg van de rechtbank levenslang voor het geven van een reeks opdrachten voor liquidaties.
Het OM denkt dat Holleeder, S. en de in 2011 geliquideerde Stanley Hillis een crimineel driemanschap hebben gevormd. S. kreeg de levenslange gevangenisstraf opgelegd in het hoger beroep van het omvangrijke liquidatieproces Passage. Volgens het gerechtshof is S. (mede-)opdrachtgever geweest van de moorden op Amsterdammers Kees Houtman (2005) en Thomas van der Bijl (2006). In eerste aanleg had de rechtbank hem vrijgesproken. Justitie wrijft de zaken Houtman en Van der Bijl ook Holleeder aan. Zowel S. als Holleeder ontkent dat zij iets met de moorden te maken hebben.
Het hof stelde S. onder meer vragen over de liquidaties van Cor van Hout (2003) en Willem Endstra (2004), die ook op de aanklacht tegen Holleeder staan. S. liet doorschemeren dat hij wel iets over de zaken wist, al dan niet van horen zeggen, maar wilde er weinig tot niets over kwijt. „U vraagt mij of ik hier maar even publiekelijk ga vertellen wat ik mogelijk weet? Met alle risico’s van dien? Daar pas ik voor. Ik denk aan de mensen om mij heen. Ik ben hier niet om over andere mensen te verklaren. In Passage heb ik altijd naar waarheid verklaard, over mezelf. Ook nu kies ik ervoor niet met een beschuldigende vinger naar anderen te wijzen.”
S. benadrukte dat hij met geen van de moordzaken iets te maken heeft. Hij is nog volop bezig om zijn veroordeling in Passage ongedaan gemaakt te krijgen. In Nederland is hij voorlopig uitgeprocedeerd, nadat de Hoge Raad zijn beroep in cassatie verwierp. Met zijn advocaten werkt S. aan een herzieningsverzoek. Bij het Europese Hof wacht zijn zaak al anderhalf jaar op behandeling. S.: „Ik zal altijd blijven strijden in deze zaak. Ik ben ben onschuldig en ten onrechte veroordeeld. Het beheerst mijn leven en dat van mijn familie.”