Duits constitutioneel hof vindt ‘huurplafond’ Berlijn onwettig
Het Duitse constitutionele hof heeft een drastische maatregel van Berlijn om huurstijgingen tegen te gaan, als onwettig bestempeld. Het hof oordeelt dat de bevriezing van de huurprijzen die de stad heeft afgekondigd, niet zijn geoorloofd omdat dit een kwestie is die nationaal al geregeld is en ze strijdig is met grondrechten. Het oordeel betekent een financiële klap voor 90 procent van de Berlijnse huurders die nu toch hogere huren moeten gaan betalen en mogelijk achterstallige huur moeten gaan afdragen, omdat de huren van anderhalf miljoen woningen al sinds februari 2020 zijn bevroren op het niveau van de huurprijs van juni het jaar daarvoor.
Het linkse bestuur van de Duitse hoofdstad had een „huurplafond” van vijf jaar afgekondigd om de huurprijzen over die periode te bevriezen. De huren stijgen al jaren sterk in Berlijn, in de jaren 2013 - 2019 met 27 procent in nieuwe huurcontracten, aldus de Berliner Morgenpost. Het stadsbestuur wilde daar paal en perk aan stellen.
Volgens de opperrechters in Karlsruhe is de maatregel echter niet te rijmen met de nationale huurwetgeving en de grondwet omdat het te veel inbreuk maakt op onder meer het eigendomsrecht en rechten om overeenkomsten voor huur en verhuur aan te gaan. Het oordeel is voor veel juristen geen verrassing, berichten Duitse media.
Het huurplafond van de SPD, Die Linke en de ‘Groenen’ werd door politieke rivalen en verhuurders aangevochten als een draconische maatregel op ideologische gronden en die geen juridische grondslag had. In circa 300.000 woningen is de huur bovendien op bevel van het stadsbestuur verlaagd. Het aanbod van huurwoningen is ingestort. Volgens het blad Focus zijn huurders die het meest van het plafond zouden profiteren, bewoners van relatief oudere en duurdere woningen.