Brief van de hoofdredactie: Echte welvaart
Lezers die mij kennen, weten dat weggooien niet mijn sterkste kant is. Vorige week zocht ik m’n agenda uit 1996 op. Klein formaat, voorin een pagina waarop staat hoe je een aartsbisschop moet aanspreken en achterin landkaartjes van alle Europese landen.
Het was het jaar waarin ik begon als wetenschapsredacteur bij het RD. Er was één pc met internet op de redactie en Google bestond nog niet eens. Bij het doorbladeren van de agenda verbaas ik me over al die halflege pagina’s en ik probeer me voor te stellen hoe mijn week toen ingedeeld was. Die paste destijds op twee pagina’s van 12 bij 8 centimeter.
Nu, een kwarteeuw later, bekruipt me vaak het gevoel dat je geleefd wordt door je agenda. Dat geldt in elk geval voor de afgelopen twee weken. Het waren hectische dagen die ik hier slechts met een pennenstreek kan samenvatten. Vanwege de Stille Week wilden we niet te veel aandacht besteden aan ons jubileum. Maar stil bleef het niet. Eerst was er onrust rond de kerkgang in Krimpen en Urk. Daarna kwam de aandacht voor homoseksualiteit op een reformatorische school en het 20-jarig jubileum van het homohuwelijk. Op 1 april sloeg de vlam in de pan op het Binnenhof. Daarna deelde de ChristenUnie mee niet met die ‘vergeetachtige’ premier Rutte te willen regeren. Wat kan er veel gebeuren in een week.
In een van de commentaren van vorige week is al gewezen op de opmerkelijke overeenkomsten met 1971. Een lezer stuurde me de wervingsbrief uit 1968, waarin de Stichting Reformatorische Publikatie om steun vroeg voor een „beslist reformatorisch nieuwsblad.” Een belangrijke reden waren de „leugenachtige, opruiende en zelfs godslasterlijke publikaties” en de „onverbloemd vijandige houding” van de Nederlandse pers.
Een halve eeuw later is de noodzaak voor een reformatorisch dagblad niet kleiner geworden, zei ds. L. H. Oosten dinsdag op een interne jubileumbijeenkomst. Het is bijzonder dat enkele van die mannen van het eerste uur nog steeds in ons midden mogen zijn. Het voelt voor mij als een enorme verantwoordelijkheid om in hun voetsporen te gaan.
Maar ik deel hun opvatting: het RD is nu nog even nodig als toen. Niet zozeer omdat er nog steeds lastige journalisten zijn, maar opdat de samenleving van 2021 hoort dat deze wereld niet geregeerd wordt door premiers, mediabedrijven of virologen. De Heere God regeert en echte welvaart is er pas in ons land als Hij gediend wordt.
Steef de Bruijn
Reageren? Hoofdredactie@rd.nl