VS protesteren tegen Houthi-offensief in Jemen
De Houthi-rebellen in Jemen moeten direct hun offensief bij de stad Marib staken, eist de Amerikaanse regering. De beweging moet meehelpen aan internationale inspanningen voor een politieke oplossing voor het conflict, stelt het ministerie van Buitenlandse Zaken in Washington in een verklaring.
Marib is het laatste bolwerk waar de internationaal erkende regering van Jemen nog standhoudt. De afgelopen jaren hebben naar schatting een miljoen Jemenieten vanwege de burgeroorlog hun toevlucht gezocht tot Marib en zijn gasrijke omgeving. De Verenigde Naties vrezen dat zij opnieuw op de vlucht moeten slaan.
De frontlinie ligt volgens een regeringsfunctionaris nu op ongeveer 30 kilometer van Marib. Een aanval op de stad zou 2 miljoen burgers raken, met „onvoorstelbare humanitaire gevolgen”, aldus VN-noodhulpcoördinator Mark Lowcock. De VN-gezant voor Jemen, Martin Griffiths, is zeer bezorgd over de nieuwe vijandelijkheden.
Het offensief valt samen met nieuwe pogingen van de VS en de VN om de oorlog te beëindigen. De nieuwe Amerikaanse regering besloot onlangs de Houthi-rebellen niet langer aan te merken als terroristische groep.
In Jemen woedt sinds 2014 een bloedige burgeroorlog. De door Iran gesteunde Houthi-rebellen kregen toen de hoofdstad Sanaa en een groot deel van het noorden onder controle. De oorlog escaleerde toen Saudi-Arabië de regering te hulp schoot. Acht van de tien Jemenieten zijn afhankelijk van noodhulp.