Hoekstra laat zich nog niet uit over moment van bezuinigingen
Minister Hoekstra is er nog niet van overtuigd dat bezuinigen in de tweede helft van de volgende regeerperiode verstandig is.
Dat zei de minister van Financiën donderdag tijdens een debat in de Tweede Kamer over de uitbreiding van het coronasteunpakket aan bedrijven.
Minister Hoekstra verwees met zijn uitlating naar een uitspraak eerder dit jaar van Klaas Knot, president van De Nederlandsche Bank. Knot zei dat een volgend kabinet over twee jaar, als de economie volledig hersteld zou zijn, bezuinigingen door zou moeten voeren om iets aan de opgelopen staatsschuld te doen.
Hoekstra had voor aanvang van het debat tegenover BNR nieuwsradio het woord bezuinigen in de mond genomen. Tegenover BNR zei minister Hoekstra dat „elke euro die je leent ook een keer terugbetaald moet worden. Op korte termijn moeten we kijken hoe de economie zo veel mogelijk van de schade kan herstellen en is het niet verstandig om te gaan bezuinigen. Maar op de lange termijn zijn bezuinigingen niet uit te sluiten, om de rekening niet helemaal door te schuiven naar een volgende generatie.”
Die stellingname was voor de PvdA, GroenLinks, SP en D66 reden om de minister van Financiën aan de tand te voelen. Hoekstra is immers ook lijsttrekker van het CDA bij de aankomende verkiezingen.
PvdA-Kamerlid Gijs van Dijk: „We moeten na deze gezondheidscrisis in de komende jaren juist gaan investeren in onze samenleving. Dat is het juiste recept, in plaats van het conservatieve bezuinigen dat het CDA voorstaat.”
D66-Kamerlid Steven van Weyenberg en GroenLinks-Kamerlid Paul Smeulders merkten op dat het geen goed signaal was dat de minister over bezuinigingen had gesproken voorafgaand aan het debat over steun aan noodlijdende bedrijven.
Hoekstra hield voet bij stuk. Op korte termijn is het volgens de minster verstandig om fors in de buidel te tasten. Op de lange termijn zijn bezuinigingen volgens Hoekstra echter niet uit te sluiten.
Tijdens het debat drong GL-Kamerlid Smeulders er bij minister Koolmees op aan een ultieme poging te doen om coronaverlof mogelijk te maken.
Als de basisscholen gesloten zouden blijven, kunnen ouders die nu thuiswerken en van wie de kinderen thuis zijn bij zo’n regeling verlof opnemen.
Minister Koolmees gaf aan dat hij na lang wikken en wegen „een beetje uitgedacht” is. Het probleem is volgens de minister dat er geen manier is om alleen die werkgevers te compenseren van wie de werknemers coronaverlof op zouden nemen.