Nederland helpt Afrikaanse landen zich te wapenen tegen opwarming
Nederland trekt in totaal 120 miljoen euro uit voor projecten in Afrika die landen weerbaarder moeten maken tegen de gevolgen van klimaatverandering. Het grootste deel van het bedrag, 100 miljoen euro, is bestemd voor het verbeteren en verduurzamen van de landbouw in gebieden in de Sahel die kampen met veel droogte.
Afrikaanse boeren en veehouders krijgen inkomenssteun en er is speciale aandacht voor jongeren en vrouwen. De overige 20 miljoen die minister Sigrid Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) uittrekt, is voor het speciale ‘adaptatiefonds’ voor de minst ontwikkelde landen. Zij krijgen uit dit fonds steun om zich beter te wapenen tegen de gevolgen van opwarming van de aarde, zoals hittegolven, een hogere zeespiegel en dus een hoger overstromingsrisico, meer extreem weer en toenemende droogte.
„We kunnen nieuwe en bestaande oplossingen en technieken breder toepassen op het Afrikaanse continent”, zegt Kaag. Ze ziet daarin ook een rol weggelegd voor het Nederlandse bedrijfsleven. „Op die manier kunnen we samen een klimaatbestendige toekomst opbouwen en duurzame economische groei in alle delen van Afrika bevorderen.”
„Vijf van de tien regio’s die wereldwijd het hardst worden geraakt door klimaatverandering bevinden zich in Afrika”, aldus het ministerie van Buitenlandse Zaken. De minister doet maandag ook mee aan de zogeheten Climate Adaptation Summit, net als premier Mark Rutte en minister van Infrastructuur en Waterstaat Cora van Nieuwenhuizen. Kaag is voorzitter van een bijeenkomst over Afrika. Daaraan doen ook onder meer leiders van de Afrikaanse Ontwikkelingsbank, de Afrikaanse Unie, diverse Afrikaanse en Europese ministers en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en de financiële sector mee.
De bedragen die Nederland maandag bekendmaakte, komen uit het bestaande budget voor ontwikkelingssamenwerking waar nog geen bestemming voor was bepaald, laat een woordvoerster van het ministerie weten.
Het zogeheten Drylands Sahel Program waar het kabinet 100 miljoen euro aan bijdraagt, vergroot „de weerbaarheid, voedselzekerheid en inkomens” van kleine boeren in Burkina Faso, Mali en Niger, aldus Buitenlandse Zaken. De mensen voor wie de hulp is bestemd, hebben te maken met opstapelende problemen: „De regio lijdt niet alleen onder de gevolgen van klimaatverandering, bijvoorbeeld zeer wisselende regenpatronen, maar ook onder armoede, ongelijkheid, instabiliteit en conflict.” Covid-19 heeft de situatie er nog moeilijker op gemaakt.