Consument

Column (Wim van Egdom): Zwijgen als weerwoord

Toen ik de horde woestelingen het Capitool in Washington zag bestormen, kwam het voorval me weer in gedachten.

wim@rd.nl
16 January 2021 10:10
Bestorming van het Capitool. beeld EPA
Bestorming van het Capitool. beeld EPA

Het was net voor Kerst dat ik een paar flappen uit de geldautomaat bij mij in de buurt wilde trekken. Door werkzaamheden kon ik er alleen komen via een smal steegje. Precies bij de ingang van dat steegje stonden vier vrouwen dicht bij elkaar te praten. Tussen hen in stond een fiets met daarachter een karretje dat als wagentje voor een peuter werd gebruikt. Kortom: ik moest de dames vragen of ik er voorbij mocht en of ze de fiets misschien iets konden verplaatsen.

De meest verbale van de vier keek me wild aan en zei dat er toch niks aan m’n benen mankeerde, zodat ik over het kinderkarretje heen kon stappen. Ze gebruikte voor het woord benen een woord dat ik hier maar niet zal neerschrijven.

Toen ik, na over het karretje gestapt te zijn, het geld uit de muur gehaald had, moest ik via de dames en het kinderwagentje weer terug. Ik vroeg maar niets en stapte zwijgend over de stang tussen fiets en kinderkar heen. „Kijk aan, die ouwe kan z’n voeten optillen”, joelde de vrouw, die ook nu een woord voor voeten gebruikte dat ik hier niet zal neerschrijven.

Ik keek om terwijl ik richting m’n flat liep en dat was voor haar blijkbaar de druppel. Ze ging los. „Nou hoef je niet zo om te kijken, lelijkerd, anders zal ik die smerige bril eens even van je gezicht trekken.” Ten overvloede: ze gebruikte voor het woord gezicht een woord dat opnieuw niet vermeld kan worden in een fatsoenlijke krant.

16661392.JPG
Wim. beeld RD

Eventjes aarzelde ik of ik haar weerwoord zou bieden. En zou zeggen dat ze een onbeschoft mens was en dat ze niet met z’n vieren zo dicht bij elkaar mochten staan, zeker niet zonder mondkapje. Maar ik hield me in en liep door.

Thuis ben ik de hele dag een beetje uit m’n doen geweest door de scheldpartij. Omdat ik er nu eenmaal niet tegen kan als mensen me overduidelijk niet aardig vinden. Ik had zelfs de neiging om vrienden te gaan bellen om te horen dat deze ordinaire scène niet mijn schuld was. Maar eigenlijk wist ik dat zelf ook wel.

Toen ik verleden week woensdagavond de bende demonstranten schreeuwend het Capitool zag bestormen, kwam het voorval me weer in gedachten. Ook al heeft mijn ervaring inhoudelijk niets met die mensen daar in het Capitool te maken, toch sterkte het me in de overtuiging dat het goed was dat ik de confrontatie niet was aangegaan. Soms is zwijgen het beste weerwoord.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer