Hoekstra vindt aftreden onvermijdelijk, wil door als CDA-leider
CDA-minister Wopke Hoekstra (Financiën) noemt de val van het kabinet over de toeslagenaffaire „onvermijdelijk”. Het rapport dat een speciale Kamercommissie vorige maand over dat schandaal publiceerde, was volgens hem „buitengewoon zwaar en ernstig”. Maar voor zijn positie als CDA-leider heeft de zaak geen gevolgen, stelt hij.
Door af te treden trekt het kabinet „staatsrechtelijk de ultieme conclusie”, zegt Hoekstra. „Maar ik vind zelf dat ik wel door kan als lijsttrekker.” Hij wijst er daarbij op dat hij zich na het aftreden van staatssecretaris Menno Snel eind 2019 sterk heeft gemaakt voor snelle compensatie van een eerste groep gedupeerde ouders en voor een stevige reorganisatie van de Belastingdienst.
Hoekstra zegt zich te realiseren dat aftreden de problemen van de gedupeerde ouders niet oplost. Het kabinet moet daarom „absoluut door” met de afhandeling van de affaire op een manier die recht doet aan het leed dat hen is aangedaan. Ook moet alles op alles worden gezet om herhaling te voorkomen. „Daar ligt nog een grote opdracht voor de hele politiek.”