De tragiek van Zijne Keizerlijke Overbodigheid
De muren, de meubels, alles vol, vol, vol. Alsof de eigenaar een maatje te groot was voor zijn verblijfplaats. Maar keizer Wilhelm II was geen keizer meer. Een balling zonder land. Al koesterde hij de herinneringen aan een glorierijk verleden.
Een eeuw geleden betrok de Duitse ex-keizer Huis Doorn, om daar de rest van zijn leven door te brengen. Het lukte hem 64 treinwagons vol spullen mee te nemen. Daar zaten ook duizenden foto’s bij. De oudste dateerden uit 1845, slechts enkele jaren nadat de fotografie was uitgevonden.
Wilhelm had in Doorn weinig meer te doen dan eten, wandelen, in de tuin werken, eenden voeren, lezen, commentaren schrijven en in lange monologen zijn visie op het nieuws laten horen. En hij vulde zijn fotocollectie aan met afbeeldingen die in zijn ballingsoord werden gemaakt of die hem werden toegezonden.
Na zijn overlijden bleven de 13.000 foto’s in Huis Doorn, zoals Wilhelm in zijn testament had bepaald. De dozen en albums kregen een plaats in het poortgebouw. Kunsthistorica Liesbeth Ruitenberg was 25 jaar vrijwilliger in het museum en leidde de digitalisering van de immense fotocollectie. Ze heeft nu een selectie eruit verzameld in een boek.
De foto’s vertellen het verhaal van het leven van een negentiende-eeuwse vorst: hoe hij woonde, werkte en reisde. Pracht en praal, glans en glorie waaraan hij later met weemoed terugdacht. Hij komt in het boek naar voren als een man die voortdurend bezig was zijn imago op te poetsen.
Vechtende neven
Toen brak de Eerste Wereldoorlog uit; het was 1914. Kruitvat Europa kwam tot uitbarsting. Het was een familietwist: de Duitse keizer Wilhelm II, de Britse koning George V en de Russische tsaar Nicolaas II, ze waren neven van elkaar en hadden elkaar in mei 1913 nog ontmoet op een trouwerij in Berlijn. En nu stonden ze tegenover elkaar.
De keizer bezocht zijn troepen aan het front. Aanvankelijk was hij opperbevelhebber van alle legereenheden, „hoewel hij niet of nauwelijks op zijn taak berekend was”, volgens de auteur. De bezoeken moesten echter uitstralen: „Ik leid jullie door de oorlog heen, alles is onder controle, vertrouw op mij.” Dat verbloemde de werkelijkheid: „Door de legerleiding werd hij bewust buitenspel gehouden; hij was geen strateeg en deed als opperbevelhebber meer kwaad dan goed.” „Nerveus en gestrest als de keizer was, hielden de generaals de werkelijkheid zo veel mogelijk bij hem weg.”
Isolement
Het einde van de oorlog betekende het einde van meerdere monarchieën in het geteisterde Europa. Het kostte ook Wilhelm kroon en troon. In al zijn vaagheid toont een bekende foto van 10 november 1918, gemaakt door een 17-jarige scholier, de tragiek van een gevallen monarch: ijsberend op een perron in het Limburgse Eijsden, wachtend op permissie om in Nederland te blijven.
En dat mocht: Wilhelm vond als asielzoeker onderdak in het kasteel van Amerongen, waarna hij zich in mei 1920 twee dorpen verderop vestigde, in het door hem aangekochte Huis Doorn. Zijn zoon, kroonprins Wilhelm, zat als balling in de pastorie van Oosterland, op het eiland Wieringen.
In Doorn bestond de wereld van de voormalige keizer uit zijn huis en het omliggende park. Daar kon hij wandelen en hakte hij veel meer bomen om dan de tuinlieden wenselijk vonden. Zodra hij zich meer dan 15 kilometer van zijn huis verwijderde, moest hij de regering toestemming vragen, omwille van zijn veiligheid. Binnen die 15 kilometer kan hij mensen genoeg ontmoet hebben: gewone Nederlanders, inwoners van Doorn, Langbroek, Leersum, Driebergen, Maarn. Maar juist zij ontbreken op de foto’s. De ex-keizer leefde in zijn eigen kleine wereld. De noodhulp die zijn vrouw op touw zette, richtte zich op Duitsland, niet op minderbedeelden in haar omgeving.
Geen uitnodiging
’s Keizers rol was uitgespeeld, maar door het kwistig uitdelen van foto’s –van zichzelf– en handtekeningen –op schijven die hij van zijn omgehakte bomen zaagde– probeerde hij toch een plaats te behouden in de aandacht van mensen.
Er staat een foto van prins Bernhard en prinses Beatrix in het boek, bij de kinderwagen van Wilhelms achterkleinzoon. De betrekkingen tussen beide vorstenhuizen waren echter niet bijzonder hartelijk, want koningin Wilhelmina nam het haar collega kwalijk dat hij in 1918 leger en vaderland in de steek had gelaten. Het is dan wel de vraag of hij veel keus had. In 1940 verliet Wilhelmina haar leger en land zelf ook; dat is recent nog bekritiseerd in een tv-uitzending over Joden en de Oranjes. Tijdens en na de Eerste Wereldoorlog wilde Wilhelmina vooral neutraal zijn. Daarom ging ze niet bij Wilhelm op bezoek en nodigde ze hem ook niet uit.
Nazi’s
Stilletjes hoopte hij op eerherstel toen de nationaalsocialisten aan de macht kwamen. Hij papte met hen aan, liet in 1931 en 1932 nazikopstuk Göring in Doorn op bezoek komen en feliciteerde Hitler toen die in juni 1940 Frankrijk overwon. Het leidde nergens toe; voor Duitsland bleef hij Zijne Keizerlijke Overbodigheid. Zijn dochter had het al geschreven: „’t Is een misdaad de keizer hierin aan te moedigen.” Troonherstel? „Niemand zou dat doen.”
De nazi’s maakten in 1941 wel gebruik van zijn overlijden: ze negeerden zijn wens om in stilte te worden bijgezet in de kapel in het parkbos, maar deden dat met veel militair vertoon. Een jaar later werd Wilhelms lichaam overgebracht naar een nieuwgebouwd mausoleum. Zijn gezin keerde terug naar Duitsland; zijn weduwe overleed er in armoedige omstandigheden.
Dit boek, fraai en fors, biedt een beeld van Wilhelms leven. Voor de liefhebber biedt het ook inzicht in de ontwikkeling van de fotografie gedurende een eeuw, met een grote verscheidenheid aan technieken en voorbeelden van zeldzame fotografische procedés.
Vorstelijk verzameld. De foto’s van de Duitse keizer Wilhelm II, Liesbeth Ruitenberg; uitg. Matrijs, Utrecht i.s.m. Museum Huis Doorn; ISBN 978-90-5345-559-3; 232 blz.; € 29,95 (incl. verzendkosten)