Het is al decennialang de gewoonte in veel rooms-katholieke kerken dat ook vrouwelijke lectoren de lezingen verzorgen (uitgezonderd het Evangelie). Vrouwelijke acolieten, volwassen misdienaren, komen eveneens in de praktijk voor. Maar op papier mogen beide rollen niet aan vrouwen worden toebedeeld.

Hoewel paus Paulus VI in 1972 de zogenoemde lagere wijdingen, waaronder de rol van lector en acoliet, afschafte, besloot hij toch dat de toegang tot deze ambten alleen aan mannen bleef toebedeeld. Het argument was dat de lagere wijdingen een voorbereiding betroffen op de uiteindelijke toelating tot de hogere wijdingen (diaken en priester). Paus Franciscus tornt niet aan de hogere wijdingen.

Franciscus schrijft in een ”motu proprio”, een door de paus zelfgeschreven tekst, dat vrouwen via een liturgische handeling formeel in de rol van lector en acoliet kunnen worden bevestigd. „De beslissing om deze ambten zelfs aan vrouwen toe te kennen, hetgeen zorgt voor stabiliteit, publieke erkenning en een bisschoppelijk mandaat, zal de deelname van iedereen aan het evangelisatiewerk doeltreffender maken”, verklaarde de paus in een brief aan Luis Ladaria Ferrer, het hoofd van het Vaticaanse departement van de geloofsleer. De brief werd maandag openbaar gemaakt.

De verandering van het wetsartikel in het wetboek van de Rooms-Katholieke Kerk betreft eigenlijk maar een woord. In plaats van „mannelijke leken” komt er voortaan te staan dat „leken” die „de vereiste leeftijd en kwaliteiten hebben kunnen worden toegelaten tot het ambt van lector en acoliet.”