Gelijkwaardigheid kunnen wij zelf bevorderen
Als we belijden „God lief te hebben boven alles en de naaste als onszelf”, moeten we dat tónen. Dit vraagt erkenning van de ongelijkheid en onze eigen rol erin. Het bepaalt ook ons koopgedrag en wie we willen ontmoeten.
Het woord gelijkwaardigheid kwam in 2020 vaak voorbij. Media, groepen in de maatschappij, theologen en politieke partijen hebben alle een eigen kijk op gelijkwaardigheid. Of het nu gaat om demonstranten op de Dam voor Black Lives Matters of jongeren op Urk: met ons handelen dragen we onze visie op gelijkwaardigheid uit. Hoe zie en behandel ik de ander? Daarbij moeten we niet alleen denken aan treiteren, het bemoeilijken van het werk van hulpdiensten of het in hokjes plaatsen van mensen als gevolg van vooroordelen. Het is namelijk minder zwart-wit dan we vaak zeggen of horen.
Stof in dezelfde aarde
Van Dale omschrijft gelijkwaardigheid als ”gelijk van waarde”: dus iedereen zien als gelijke. De Bijbel reikt ons de basis van gelijkwaardigheid aan: „Gij zult liefhebben de Heere, uw God, met geheel uw hart, en met geheel uw ziel, en met geheel uw verstand. Dit is het eerste en het grote gebod. En het tweede, aan dit gelijk, is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelven” (Mattheüs 22:37-39). Dus: de mensen om je heen als gelijken behandelen en naar de ander kijken zoals je naar jezelf kijkt. Als ik echter hoor hoe er soms over anderen wordt gesproken, dan denk ik dat er (ook onder christenen) mensen zijn die zichzelf niet liefhebben.
Tijdens een bezoek aan Sierra Leone vertelde de voorganger van de kerk mij dat gelijkwaardigheid ervoor zorgt dat we allemaal op dezelfde begraafplaats liggen. Weliswaar de een in een eenvoudig graf en de ander in een praalgraf. Maar we worden allemaal stof in dezelfde aarde. Dit betekent dat wij ons in het leven niet moeten verheffen boven anderen. Deze woorden uit Sierra Leone zijn nog steeds mijn spiegel als ik me beter voel dan een ander.
Bankzaken
Gelijkwaardigheid begint thuis op de bank, in gesprekken met je kinderen of vrienden. Hoe kijk je zelf naar andere mensen? Welke beelden geef je daardoor mee in de opvoeding? Dagen we elkaar uit om met andere mensen en groepen in gesprek te gaan? We moeten allemaal leren de straatkrantverkoper net zo te behandelen als we zelf behandeld willen worden. Laten we investeren in mensen die niet gelijk in ons straatje passen. Investeren en interesse tonen zijn belangrijke ingrediënten als het gaat om gelijke behandeling.
Gelijkwaardigheid gaat ook over de bank in financiële zin, over ons koopgedrag, onze investeringen. Denken we na over de impact daarvan op anderen in de wereld? Nog steeds zijn veel producten die we online of in de winkel kopen, gemaakt door kinderen of dwangarbeiders, onder slechte omstandigheden of tegen een schandalig laag salaris. In Nederland hebben wij veel mogelijkheden om juist daarin gelijkwaardigheid te realiseren. Als consumenten hebben wij die macht. Maar willen we dat ook?
Door mijn internationale vriendennetwerk, mijn vrijwilligerswerk in de Palestijnse gebieden, mijn werk bij Woord en Daad en nu bij Mercy Ships zie ik dat gelijke behandeling van mensen de basis is voor een goede ontwikkeling. Daardoor getuigen we van de Schepper. Hij maakte alle mensen als gelijken. Mannen en vrouwen. Armen en rijken. Ik zie echter nog veel angst voor de ander. Dat we groepen wegzetten als vijanden zonder ze echt te hebben leren kennen. Dat is vaak gebaseerd op beperkte mediabronnen of van horen zeggen, zonder echte ontmoeting.
Durf ik het aan?
Wat wil ik voor gelijkheid doen, als ik het grote verschil zie tussen een vluchteling en een Nederlandse burger? Neem ik genoegen met minder salaris in het voordeel van mijn collega ver weg? Durf ik kleding en voedsel te kopen waarvan ik weet dat die zijn gemaakt op de meest eerlijke manier voor mens en natuur?
Het gaat net zo goed om toegang tot zorg en huisvesting voor iedereen. Zorg die voor ons zo gewoon is, maar in Afrikaanse landen uniek. Een huis met stroom en water is zelfs in sommige Nederlandse huishoudens niet vanzelfsprekend. Je moet immers wel de rekeningen kunnen betalen. Gelijkheid kost wat.
Wanneer we „God liefhebben boven alles en de naaste als jezelf” als de kern van ons christen-zijn belijden, dan moeten we daarnaar ook handelen. Dit begint bij erkenning dat er ongelijkheid is en dat wij daarin een persoonlijke rol spelen. Ongelijkheid ligt op de deurmat… Daarna draait het om ons leefgedrag en investeren in ontmoetingen met mensen, om kennis, tijd en gastvrijheid te delen, ongeacht eventuele meningsverschillen. Dat leidt dan gelijk naar de volgende stap: Gewoon doen, erop afgaan. In de buurt en wereldwijd mensen opzoeken bij wie je nog nooit over de vloer kwam.
Dit is niet zwaarwichtig en ook geen politiek spel. Het is jezelf openstellen omdat God dit vraagt. Mogelijk ga je door die ander meer van jezelf houden. Zoals God het ook heeft bedoeld.
De auteur is Manager Fondsenwerving, Recruiting en Relatiebeheer bij Mercy Ships Holland. Hij schrijft dit artikel op persoonlijke titel.