Constantijn: Mooi als geloof mensen kracht geeft
Prins Constantijn is „verwonderd” als hij merkt dat mensen „heel veel kracht uit het geloof halen”. Hij noemt zichzelf iemand „die alles altijd bevraagt” en dan niet altijd tot antwoorden komt.
De broer van de koning zegt dat in een gesprek met ds. A. G. L. van Nieuwpoort, protestants predikant in de Duinzichtkerk in Den Haag. De PKN publiceerde het interview maandag in de online serie Tegengif.
Het was de eerste keer dat Constantijn in de Duinzichtkerk was. Ook in andere kerken komt hij niet, zegt hij tijdens het gesprek. „Behalve op de feestdagen.” Met zijn gezin brengt hij de paasdagen vaak in Italië door en daar gaan ze dan naar een rooms-katholieke kerk.
De prins zegt echter „heel veel” aan zijn christelijke opvoeding overgehouden te hebben. „Ds. Ter Linden, die ons trouwde, vroeg toen: „Wat betekent God voor je?” Die vraag houdt me nog steeds heel erg bezig, soms op een meer filosofisch dan levensbeschouwelijk niveau. Het idee dat je ergens verantwoording moet afleggen, aan iets dat hoger is, of het nou de gemeenschap is of een set waarden, dat speelt in het dagelijks leven wel mee.” Constantijn noemt het „fijn dat er iets is dat boven of buiten je staat.”
Velen uit de generatie van de prins zeiden de kerk vaarwel, constateert ds. Van Nieuwpoort. Op de vraag wat ervoor in de plaats kwam, noemt Constantijn het „fantastisch” als mensen heel veel kracht uit hun geloof halen. Dat is zijn eigen ervaring echter niet. Bijbelse verhalen en waarden bieden hem wel „een kader”. Sommige van die waarden, zoals iemand de andere wang toekeren, houdt hij ook zijn kinderen voor.
Medemenselijkheid kan ook uit het humanisme voortkomen, stelt de prins vast. Hij werkte samen met een vicaris in het vluchtelingenbeleid. De geestelijke deed dat uit christelijk perspectief, Constantijn zelf „uit verwondering omdat het beleid zo ineffectief is.”
Migranten zijn we allemaal, zegt de prins. „Mijn vader was Duits, mijn grootvader was Duits.” Vluchtelingen zijn dus aan ons gelijk.
Voorafgaand aan Kerst wilde de prins „een heel dikke kaars” branden voor „de mensen die hebben geleden onder de toeslagenaffaire.” Mensen die al een zwakke positie hadden en met een toeslag werden geholpen, zijn weggezet als criminelen en zijn er „financieel aan onderdoor gegaan”, terwijl hun kinderen hun jeugd is afgenomen, zegt Constantijn.
Ds. Van Nieuwpoort bevraagt de prins ook over zijn werk, het stimuleren van technologie en startups. Over bezorgdheid van mensen over robotisering en technologische ontwikkelingen zegt de prins: „We moeten ons zorgen maken, want daardoor krijg je discussie. We kunnen de ontwikkelingen niet tegenhouden, maar we moeten tegengas bieden aan ongewenste effecten. Bij sociale media hebben we dat te weinig gedaan. Je ziet dat verkiezingen worden beïnvloed, dat er polarisatie is door misinformatie. Dan zie je een tegenreactie en dat is belangrijk.” Constantijn noemt sociale media „op zichzelf niet slecht”. Allerlei mensen die eerder geen stem hadden, worden nu wel gehoord. „De excessen moeten we aanpakken.”