Dioxines bedreigend voor volksgezondheid
Iemand die langdurig een grote hoeveelheid dioxines binnenkrijgt, loopt ernstige gezondheidsrisico’s. Verminderde vruchtbaarheid en kanker zijn de mogelijke gevolgen, leert de website van de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA).
Dinsdag ontdekte de VWA bij een veehouder in Lelystad dat de melk op het bedrijf dioxine bevatte, zes keer meer dan volgens de norm is toegestaan. Een deel daarvan is in de voedselketen terechtgekomen. Dat heeft echter geen gevaar voor de volksgezondheid opgeleverd, aldus de VWA. Tijdens het vervoer is de melk vermengd met melk van andere boeren. Hierdoor is de concentratie van het kankerverwekkende dioxine in consumptiemelk uiteindelijk onder de norm gebleven. De inspectiedienst onderzoekt de bron van de verontreiniging.
Dioxines en dioxineachtige stoffen zoals pcb’s (polychloorbifenylen) zijn chemische afvalstoffen die vooral ontstaan bij verbrandingsprocessen. Via het voedsel en het milieu kunnen mensen de stoffen in het lichaam opnemen.
Bij verontreiniging met dioxines van voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong is het voer van de dieren bijna altijd de oorzaak. Dat zou ook het geval kunnen zijn met de melk van de veehouder in Lelystad.
Vorig jaar veroorzaakte vervuild bakkersafval, dat door een voederbedrijf uit het Duitse Thüringen was verwerkt, voor commotie. Het was ook aan Nederlandse (pluim)veebedrijven verkocht. Uit voorzorg blokkeerde het ministerie van Landbouw bijna 250 boerderijen in het oosten van het land.
Groter in omvang en gevolgen was het dioxineschandaal dat in 1999 uitbrak in België. Ook hier was besmet voer de boosdoener. Een Belgisch bedrijf had afgewerkte motorolie in zijn product verwerkt, met besmet kippenvlees en eieren als gevolg.
De affaire veroorzaakte een miljardenschade. Ook Nederlandse bedrijven zagen hun inkomsten erdoor teruglopen. In België sneuvelden betrokken ministers, in Nederland kwam de toenmalige staatssecretaris Faber van Landbouw onder vuur te liggen. Onlangs, vijf jaar na dato, maakte het Belgische Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid (WIV) bekend dat de dioxinecrisis geen schadelijke gevolgen heeft gehad voor de volksgezondheid in België. De wetenschappers baseerden hun conclusie op bloedonderzoek onder 232 burgers.
Nederland beleefde in 1989 zijn eerste grote affaire met de kankerverwekkende stoffen. Melk uit het Lickebaertgebied, nabij Maassluis, Maasland en Vlaardingen, bleek te veel dioxines te bevatten. De bron van vervuiling waren afvalverbrandingsovens. Het ministerie van Landbouw stelde een verbod in op de verwerking van melk- en schapenvlees uit het gebied. De maatregelen bleven tot eind 1994 van kracht.