Consument

Doorgestuurde kerstwensen

Guur en grauw waren de kerstdagen van mijn jeugd. Hoe groot was het contrast van de natte straten en baarlijke bomen met hoe Kerst zou moeten zijn: wit en koud, met een knapperend haardvuur. Ja, koud was het vaak, maar wit was het zelden. Knapperend werd het bovendien nooit. Zo ontstond –bedrogen door warme sfeerbeelden van roodborstjes en van witte bruggetjes in idyllische winterlandschappen– het verlangen naar de Kerst van Anton Pieck, dat zich al halverwege november vanbinnen nestelde. Met sneeuw als poedersuiker, een sprankelende sterrenhemel en een vlammende haard. Zó moest het kerstfeest worden, want zó was het altijd geweest.

Pieter Beens
30 November 2020 16:28Gewijzigd op 9 December 2020 14:19
beeld Pieter Beens
beeld Pieter Beens

Zo kwám de Kerst van Anton Pieck er ook, al was die anders dan verwacht. Piecks Kerst bleek een kaart – met glitters als sneeuw en een boom van papier, afkomstig van een oude oom. De witte Kerst van vroeger werd steeds meer een herinnering, maar familie en vrienden zouden helpen die levend te houden.

Dus voedden zíj in later jaren het verlangen. Met een winterwonderland op stijlvol linnen, en een pimpelmees op parelmoer. Voor wie nooit kerstsneeuw mee zou maken, was kunstsneeuw mogelijk ook genoeg.

Hoe guur de Kerst ook zou worden, november bracht steevast de voorboden van een glittersneeuwstorm. Aangejaagd door de decemberzegel bezorgde Tante Pos een stortvloed aan herinneringen – op gang gebracht door vrienden over wie in geen jaren was gerept.

Tientallen waren het er rond het hoogtepunt, slechts beïnvloed door het smeerwerk in de raderen van de postbezorging en eigen generositeit. Was in de vorige decembermaand ruimhartig met kaarten gestrooid, dan gaf dat het volgende jaar een sneeuwbaleffect; ging in december de hand op de knip, dan was de volgende Kerst bedroevend kaal. Zo maakten eb en vloed van emotie en vrijgevigheid van het jaarlijkse kaartenfestijn een wetmatigheid – alleen beïnvloed door een verloren gewaande oude kennis of een fout in de familieadministratie misschien.

Wat binnenkwam, werd ingedronken: eerst kwam het kijken, dan het tellen, dan het lezen. Daarna kwam opnieuw het kijken en ten slotte het spelletje: het zoeken naar dubbeltallen; het laten schitteren van de glitters op een verstolen kerstboom; het vertalen van Spaanse kerstwensen op een Hollands winterlandschap.

Zo bleef de naderende kaartencrisis onopgemerkt totdat ze onvermijdelijk bleek. Als eerste bleven de dure kaarten uit. Afzenders die ooit moeiteloos enkele guldens voor een unieke prent hadden neergeteld, kochten er opeens 40 voor 2 euro – klein, op ongeschept papier en zonder glitters. Het leidde ertoe dat Hollandse luchten en haagligusters zich schrompelend terugtrokken tot de randen van de kast die ze ooit geheel bedekten. Liet dat probleem zich eerst nog verbloemen door de kaarten iets verder uit elkaar te hangen, toen vage vrienden en koele kennissen hun kerstgroet begonnen na te laten en de eerste nieuwjaarswensen via internet hun intrede deden, bleek het tij niet meer te keren. Dat het dalend kaartental de postzegelprijs bovendien liet stijgen, deed de zaken ook geen goed. Zo kon het gebeuren dat de postbode voor het eerst in jaren ook rond de midwinterzonnewende voor het donker thuis kon zijn.

Het lot van de kerstkaart werd in eigen kring bezegeld op 22 december 2017, om 22.48 uur. Via WhatsApp verstuurde tantelief een compilatie van bijkans het hele assortiment dat Baaij Light Cards in eerdere jaren liet verschijnen. Tante bleek een trendsetter. Haar filmpje ontketende een onstuitbare stroom aan kerstgroeten, die tot op eerste kerstdag de app binnenstroomde. Innig betrokken virtuele vrienden tikten nog een korte wens, maar meermalen luidde het bijschrift ”Doorgestuurd”. De jaren erna dook het filmpje in december nog regelmatig op – als e12en kerstkaart die steeds opnieuw werd toegestuurd. Zelfs kaartensetjes in de winkel –de prijssticker half zichtbaar– verwisselden via de app van eigenaar. „Ik zal ze uitprinten en ophangen”, protesteerde ik nog zwakjes, maar niemand begreep de hint.

Dit jaar zal alles anders zijn, ik neem de vlucht naar voren. Al zal er nooit meer kerstsneeuw zijn, liever heb ik één kaart op de kast dan tien in de app.

Over de auteur

Al op de basisschool kreeg Pieter Beens (1987) te horen dat hij later vast schrijver zou worden. Boeken schreef hij tot op heden niet, maar als freelancejournalist en -vertaler zoekt hij dagelijks naar mogelijkheden om allerlei verhalen te vertellen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer