Kortsluiting in EU na veto begroting
Hongarije en Polen vinden het onacceptabel dat financiële steun uit Brussel is gekoppeld aan de conditie van de rechtsstaat. Zij blokkeren daarom de EU-begroting en het coronaherstelfonds. Vijf vragen en antwoorden.
Wat is er aan de hand?
De 27 Europese ambassadeurs kwamen maandag in Brussel bijeen om te stemmen over de Europese meerjarenbegroting en het coronaherstelfonds van in totaal zo’n 1800 miljard euro. Hongarije en Polen stemden tegen dit miljardenplan dat lidstaten moet helpen om de coronacrisis te boven te komen. De twee lidstaten dreigden echter al langere tijd dit te doen. De nee-stem maandag kwam daarom niet als een verrassing.
Er was eind juli door de Europese leiders toch al een akkoord bereikt?
Klopt. De Europese regeringsleiders en staatshoofden kwamen eind juli in Brussel samen om de meerjarenbegroting en het herstelfonds te bespreken. Vanwege de vele meningsverschillen onder de 27 leiders duurde deze bijeenkomst uitzonderlijk lang: ruim vier dagen.
Niet alleen de koppeling van de conditie van de rechtsstaat in EU-lidstaten aan Europese steun leidde tot moeilijke discussies. Ook bijvoorbeeld de voorgestelde grootte van het budget en de verdeling van subsidies en leningen in het herstelfonds lagen flink onder vuur.
Uiteindelijk hebben alle landen water bij de wijn moeten doen en kwamen de leiders tot een overeenkomst. Zo was Nederland tevreden dat het de jaarlijkse korting op de EU-afdracht kon behouden, maar teleurgesteld dat er vrij weinig van de strenge woorden over het verband tussen het respecteren van de rechtsstaat en het ontvangen van financiële steun was overgebleven.
Waarom verzetten Polen en Hongarije zich dan nu tegen de plannen?
De onderhandelingen over het miljardenplan waren na de lange top van de EU-leiders nog niet afgelopen. Er mag dan een akkoord zijn bereikt door premier Mark Rutte en zijn Europese collega’s, het Europees Parlement moet ook groen licht geven voordat het hele plan succesvol kan worden afgerond.
De Duitse bondskanselier Angela Merkel waarschuwde na afloop van de bijeenkomst al voor de zware taak om het Parlement ook over de streep te krijgen. Ze kreeg gelijk: het Parlement was onder andere niet te spreken over de zwakke en vage verwoording van de rechtsstaatsvoorwaarden. Moeilijke onderhandelingen vonden tien weken lang plaats in Brussel tussen Duitsland –dat dit halfjaar voorzitter van de EU is– en het Parlement.
De twee partijen kwamen begin deze maand tot een akkoord. In deze overeenkomst is er wel een duidelijke link tussen de rechtsstaat en financiële steun, in tegenstelling tot de oorspronkelijke deal in juli tussen de EU-leiders.
Hongarije en Polen uitten direct hun ongenoegen. Dit is niet het plan waar we eerder mee hebben ingestemd, klonk het vanuit Warschau en Boedapest. De landen voegden maandag de daad bij het woord. Hoewel de twee hun veto niet specifiek konden inzetten tegen de rechtsstaattoetsing in het akkoord, waren ze wel in staat om hun veto uit te spreken tegen het hele miljardenplan.
Wat houdt deze rechtsstaattoetsing precies in?
Het idee is dat de Europese Commissie in de toekomst een financiële sanctie kan voorstellen wanneer zij schending van de rechtsstaat in een lidstaat constateert. De EU-lidstaten hebben dan een maand de tijd om voor of tegen het voorstel te stemmen. Een grote meerderheid –55 procent van de lidstaten, die 65 procent van de bevolking vertegenwoordigen– is nodig om het plan te realiseren. Daardoor is het niet mogelijk voor één land om deze sancties tegen te houden.
Wat nu twee lidstaten dwarsliggen?
Het is onvermijdelijk dat alle lidstaten en EU-leiders weer in gesprek moeten over een compromis. Er wordt vooral naar voorzitter Duitsland gekeken voor een oplossing.
Deze week zijn er twee belangrijke momenten waar deze gesprekken kunnen worden voortgezet. De EU-ministers van Europese Zaken komen dinsdag samen om de begroting te bespreken. Twee dagen later ontmoeten de EU-leiders elkaar om over de coronapandemie te praten. De begroting en het herstelfonds zullen dan ongetwijfeld aan bod komen. De verwachtingen van deze bijeenkomsten zijn echter laag.