Bijna 1300 migranten bereiken Canarische Eilanden
Bijna 1300 Afrikaanse migranten zijn afgelopen weekend op de Canarische Eilanden aangekomen. Een weekend eerder kwamen volgens hulpdiensten ruim 1600 vluchtelingen aan land, een aantal dat al ruim tien jaar niet werd gezien op de Spaanse eilanden.
Het aantal bootvluchtelingen dat vanuit Noord- en West-Afrika de Spaanse eilandengroep bereikt via de Atlantische Oceaan is dit jaar sterk gestegen. Sinds januari wisten ongeveer 17.000 migranten de eilanden te bereiken. Een eerdere piek was in 2006, toen ruim 30.000 migranten arriveerden.
Dit weekend ging het om 1275 mensen verdeeld over 42 houten boten. Vaak zijn droogte, armoede, werkloosheid, geweld en de coronapandemie de aanleiding om de gevaarlijke tocht over zee naar Europa te maken. Veel van hen vertrekken vanuit Marokko en Mauritanië. Ook vertrekt een deel vanuit Senegal, ruim 1500 kilometer verderop.
De meeste migranten worden naar de haven van Arguineguin op Gran Canaria gebracht voor een coronatest en registratie. Rondom die haven wonen bijna 2000 personen in een geïmproviseerd tentenkamp. Zaterdag werd op Gran Canaria tegen de erbarmelijke omstandigheden in het kamp gedemonstreerd.
Na registratie verblijven de migranten onder meer in leegstaande hotels, maar daar is de toerismesector niet blij mee. De regering in Madrid kondigde tien dagen geleden aan het kamp bij de haven te sluiten en een verblijfcentrum te openen, maar is daar nog niet mee begonnen.