Amnesty: coronaregime schond mensenrechten Belgische oudere
De mensenrechten van ouderen in Belgische verpleeg- en bejaardentehuizen zijn tijdens de coronacrisis geschonden, zegt Amnesty International. Bewoners en personeel zijn volgens de mensenrechtenorganisatie in de steek gelaten.
Net als in Nederland bleef aanvankelijk onderbelicht dat het coronavirus in Belgische verpleeghuizen en andere oudereninstellingen dood en verderf zaaide, stelt Amnesty. Terwijl de overheid wel wist van hun kwetsbaarheid. Ze zaten „in de dode hoek. België heeft gefaald om de meest kwetsbare groep tijdens de pandemie te beschermen”, aldus de mensenrechtenorganisatie.
Oudereninstellingen kregen te weinig mondkapjes en andere beschermingsmiddelen en er werd te weinig getest. Daarvoor niet toegerust personeel moest doodzieke bewoners, die vaak niet naar het ziekenhuis mochten of konden, zelf maar zien te verplegen. Doordat ook veel medewerkers uitvielen, liepen bewoners soms dagenlang in pyjama of kregen ze zelfs te weinig eten en drinken. En niet alleen familie en vrienden, maar ook de huisarts mocht niet meer op bezoek komen. Door de „ondermaatse zorg” zijn sommige ouderen „waarschijnlijk vroegtijdig overleden”, meent Amnesty.
Daarmee zijn het recht op gezondheid en het recht op leven geschonden, oordeelt de mensenrechtenorganisatie. Dat gezonde, niet besmette ouderen lang geen bezoek mochten ontvangen of eropuit mochten, zou bovendien in veel gevallen hebben betekend dat zij zijn gediscrimineerd.